Moet ik alles doen wat een franchisegever zegt?
De franchisegever wil overgaan op een peperduur kassasysteem. Ben je verplicht om daaraan mee te doen? En wat kun je met een bedrijfsvergelijking? In groepjes discussiëren franchisenemers en deskundigen over deze vragen.
Veel franchisenemers hebben zich (tijdens een bijeenkomst van de FranchiseRaat) ingeschreven voor de discussiegroep: moet ik alles doen wat de franchisegever zegt? Advocaat Jeff ‘t Hart vertelt dat het franchiserecht voor een groot gedeelte zit op het ‘vrije’ contractenrecht. Als het tot conflicten leidt, dan toetst de rechter de redelijkheid van bepaalde verplichtingen. “Als het gaat om de uitstraling van onze winkel, dan vind ik het heel logisch dat de franchisegever ons zaken verplicht”, zegt één van de franchisenemers. “Ik heb wel eens moeite met zaken die de franchisegever ons verplicht aan de achterkant. Zo wil de franchisegever dat we overgaan op een nieuw kassasysteem. Dat gaat ons drie- tot vierduizend euro per jaar kosten. Dat vind ik erg veel geld. En het is helemaal niet duidelijk wat dat systeem ons oplevert. We kunnen ook niet bij de oude leverancier blijven, omdat de franchisegever het contract daarmee opzegt. Als wij als enige bij de oude leverancier blijven, dan is dat natuurlijk veel te duur.” Een andere franchisenemer vraagt zich af of een franchisegever je kan verplichten om voor een vaste accountant te kiezen.
‘Ja’-knikkers
Één van de deelnemers aan de discussie heeft het gevoel dat een gebrekkige communicatie vaak het probleem is. “Natuurlijk heeft een franchisegever de voor- en de nadelen van een kassasysteem afgewogen. En natuurlijk is er een reden om juist voor dit systeem te kiezen. Maar als ze die overwegingen niet goed met de franchisenemers communiceren, dan levert dat vaak onvrede op.” Een logische oplossing zou zijn om het probleem neer te leggen bij de franchiseraad of de commissie die hiervoor is aangesteld. Maar er zijn natuurlijk voorbeelden van commissies en franchiseraden die vooral bestaan uit ‘ja’-knikkers. Ze luisteren slecht naar de onvrede onder de franchisenemers. Advocaat ‘t Hart vertelt dat een franchiseraad moet bestaan uit een reële afspiegeling van de franchisenemers. Hij stelt dat het het beste zou zijn als de voorzitter onafhankelijk is. Dit kan dus beter niet een franchisenemer of -gever zijn. “Als je het gevoel hebt dat je stelselmatig niet vertegenwoordigd wordt door de franchiseraad, dan ben je daar in principe ook niet altijd aan gebonden.” De beste oplossing in dat geval is om uit te zoeken welke franchisenemers er hetzelfde over denken als jij, zodat je het probleem gezamenlijk neer kunt leggen bij de franchisegever.
Oil & Vinegar
De discussie raakt op een zijspoor als de naam Oil & Vinegar valt. Wat is daar precies verkeerd gegaan? Iemand vertelt dat het concept zo innovatief was, dat ze snel gekopieerd werden. Ze hadden door moeten innoveren, zoals je dat ook ziet bij McDonald's of Burger King. Zij komen elke maand met iets nieuws. Als je dat niet doet, dan hebben de klanten het concept op een gegeven moment wel gezien en komen ze niet meer terug. Iemand anders vertelt dat ze waarschijnlijk te hard gegroeid zijn. “Ze kregen veel verzoeken om het concept ook in andere landen uit te rollen. Je moet dan sterk in je schoenen staan om daar ‘nee’ tegen te zeggen. Omdat de focus niet meer lag op Nederland, raakten hier de winkels leeg en liep hier alles uit de hand.”
Eerst betalen
Een andere groep discussieert over het nut van een bedrijfsvergelijking. Franchisenemer Martin Tuerlings start binnenkort de formule Kaldi. Voordat hij het contract tekende heeft hij veel cijfers opgevraagd. Hij merkte dat hij daar erg ver in kon gaan. “Vrijwel alle cijfers die ik vroeg heb ik ook gekregen. Bij andere franchisegevers was dat wel anders. Bij één formule moest ik zelfs eerst betalen, voordat ze openheid van zaken gaven.” Specialist in bedrijfsvergelijkingen Adriaan de Man waarschuwt dat het soms best moeilijk is om bedrijfsresultaten goed te lezen en te vergelijken. “Niet alle boekhouders werken hetzelfde. Als je bepaalde kosten onder andere posten onderbrengt, dan heb je al een vertroebeld beeld.” Tuerlings kan dat beamen. Daarom heeft hij een onafhankelijk accountant ingehuurd om de cijfers te analyseren.
Strenge audit
Ook de andere franchisenemers hebben ervaring met bedrijfsvergelijkingen. Zo is franchisenemer Van Osch van Subway verplicht om wekelijks de cijfers in te leveren. Elke week krijgt hij een bedrijfsvergelijking toegestuurd waarin staat hoe hij het gedaan heeft op het gebied van productiviteit, kosten, food, et cetera. Een keer per maand krijgt hij een audit. Dit is niet een franchisemanager die gezellig een kopje koffie komt drinken en globaal even over de cijfers heen kijkt (zoals dat soms gaat). Nee, het is iemand die goed doorvraagt en er streng op toeziet dat de cijfers kloppen. Van Osch merkt dat het werkt. Hij kan uit de bedrijfsvergelijking conclusies trekken en zijn bedrijfsvoering daarop bijsturen. Iemand uit de groep vertelt dat je zo’n strenge audit echt nodig hebt. “Bij een audit heb je een rotzak nodig die jou de spiegel voorhoudt. Het moet iemand zijn tegen wie je open bent en waar je zoveel vertrouwen in hebt, dat hij bij wijze van spreken tussen jou en je partner in kan slapen. Alleen dan heeft een audit en een bedrijfsvergelijking zin.” Van Osch vertelt ook dat hij de formule erg Amerikaans vindt. Iemand uit de groep vertelt dat een Amerikaanse formule nooit één-op-één te vertalen is naar andere landen. “Een Amerikaanse McDonald's is bijvoorbeeld koud en kil. Als zo’n McDonald's zich in Nederland zou vestigen, dan zouden de klanten wegrennen. Daarom heeft McDonald's eerst een Europese McDonald's gemaakt met een warmere uitstraling. Vervolgens hebben ze voor ieder land een vertaling gemaakt omdat ieder land zo zijn eigen gewoontes heeft. Daarom hebben we in Nederland bijvoorbeeld een McKroket.
Keuzes
Ook Bakker Bart werkt met bedrijfsvergelijkingen, alleen dan wel maandelijks. De franchisenemers krijgen de benchmark uitgesplitst per soort locatie, zoals dorps- of stadskernen. Franchisenemer Frans Molendijk merkt dat hij hier best wel conclusies uit kan trekken maar dat een bedrijfsvergelijking ook weer niet alles zegt. “Misschien heeft in Groningen wel de zon geschenen, terwijl het bij ons regende. Of misschien hadden zij deze maand wel een evenement. Bovendien hangt het soms ook af van keuzes die je maakt. Wij vinden het bijvoorbeeld belangrijk om tot sluitingstijd brood op de plank te hebben liggen. Daardoor hebben wij meer derving dan franchisenemers die eerder stoppen met bakken.”