De vijf meest opvallende franchise momenten van 2016

Inmiddels is 2016 geschiedenis geworden. Lijstjes met hoogte- en dieptepunten zijn een goed middel om terug te kijken op het afgelopen jaar. In de franchisebranche is er, zoals bekend, ook het nodige gebeurd, dus hieronder een overzicht van de 5 meest opvallende franchise momenten van 2016.

5. Non-concurrentiebeding niet afdwingbaar vanwege ontbreken knowhow

Op 22 juni en 21 september 2016 oordeelde de rechtbank Overijssel in twee verschillende kwesties met betrekking tot twee verschillende franchiseformules (zie: ECLI:NL:RBOVE:2016:2914 en ECLI:NL:RBOVE:2016:3742) dat de betreffende franchisegevers geen beroep toekwamen op handhaving van het postcontractuele non-concurrentiebeding vanwege het ontbreken van knowhow. Gezien de (relatief lage) maatstaf die rechtbanken hanteren, is het opmerkelijk dat een rechter oordeelt dat een franchiseformule onvoldoende knowhow overdraagt, laat staan tweemaal in hetzelfde jaar. Of moeten we met elkaar simpelweg vaststellen dat er in Nederland kennelijk vele ‘franchiseformules’ bestaan die dit predicaat eigenlijk niet verdienen?

4. Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties (Wet DBA)

In mei 2016 is de Verklaring Arbeidsrelatie (VAR) afgeschaft en is de Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties (Wet DBA) van kracht geworden. Zoals bekend, was de VAR een verklaring van de Belastingdienst die zekerheid probeerde te geven aan franchisegevers en –nemers dat hun samenwerking (fiscaal gezien) niet te kwalificeren was als een loondienstverband. Onder het regime van de Wet DBA komt er in dat kader echter het nodige te veranderen voor zowel franchisegevers als franchisenemers. Vanwege de kritiek op de Wet DBA heeft de regering besloten dat (onder meer) franchisegevers en franchisenemers niet al per 1 mei 2017 genoodzaakt zijn om aan de Wet DBA te voldoen, maar eerst per 1 januari 2018. Het jaar 2016 blijft – hoe dan ook – het jaar dat afscheid is genomen van de VAR.

3. Franchisenemers Albert Heijn verliezen rechtszaak tegen franchisegever

Op 16 november 2016 heeft de rechtbank Noord-Holland de vorderingen van 242 franchisenemers van Albert Heijn afgewezen (zie ECLI:NL:RBNHO:2016:9360). Daarmee is een einde gekomen aan een slepende rechtszaak die ruim twee jaar duurde. Afgezien van het feit dat er zelden zoveel franchisenemers tegelijkertijd bij een rechter ageren tegen hun franchisegever is de zaak ook zeer exemplarisch te noemen voor het openlijke wantrouwen dat afgelopen jaar voelbaar was binnen de franchise branche tussen franchisegevers en franchisenemers. De rechtbank merkt dan ook op dat partijen met elkaar moeten gaan praten om naar een balans te zoeken, zodat iedereen weer content is over de belangenverdeling binnen de formule. Een advies dat m.i. ook geldt buiten de Albert Heijn-formule.

2. Wet op de Acquisitiefraude

Franchisegevers die ondeugdelijke prognoses verstrekken aan kandidaat-franchisenemers blijft een bron van geschillen. Franchisenemers hebben vervolgens wisselend succes bij rechtbanken om hun gelijk te krijgen als blijkt dat er sprake is van ondeugdelijke prognoses. Op 1 juli 2016 is de Wet op de Acquisitiefraude in werking getreden op grond waarvan het Burgerlijk Wetboek is gewijzigd. Hoewel de wet niet specifiek voor franchise is geschreven, heeft Minister Kamp bevestigd dat franchisenemers ook aanspraak op deze wet kunnen maken als zij menen dat hun franchisegever ondeugdelijke prognoses heeft verstrekt. Op grond van deze wet moet de franchisegever vervolgens bewijzen dat de door haar verstrekte prognose deugdelijk is, in plaats dat de franchisenemer moet bewijzen dat deze prognose ondeugdelijk is. Een potentiele ‘gamechanger’ dus binnen de franchise branche ten aanzien van exploitatie prognoses.

1. De Nederlandse Franchise Code

Op nummer één van de ‘meest opvallende franchise momenten’ staat – bijna vanzelfsprekend – de Nederlandse Franchise Code (NFC). Sinds eind 2013 blijft de NFC een ‘hot topic’ binnen franchise. 2016 was echter niet alleen het jaar waarin de definitieve versie van de NFC het levenslicht zag, maar eveneens het jaar waarin Minister Kamp aankondigde dat hij zich zou gaan buigen over de wettelijke verankering van de NFC. Als die verankering er daadwerkelijk komt, dan kan Nederland zich scharen bij allerlei Europese landen die al franchise wetgeving hebben, zoals België en Frankrijk. De vooruitzichten zijn dat deze verankering in 2017 nader vorm moet gaan krijgen. Dus het kan zomaar zijn dat 2017 ook het jaar van de NFC wordt.

Dat is dus franchise in 2016 in een oogopslag. Het voorgenoemde lijstje is uiteraard volkomen arbitrair en beoogt niet juist of uitputtend te zijn. Wel geeft het goed weer dat franchise als samenwerkingsvorm ook in 2016 de nodige gespreksstof opleverde. Laten we hopen dat franchise in 2017 ook weer de nodige gespreksstof oplevert, bij voorkeur zo positief mogelijk. 

Jan-Willem Kolenbrander 
Advocaat franchise recht
De Clercq Advocaten & Notariaat

Jan-Willem Kolenbrander
Stel je vraag aan Jan-Willem Kolenbrander
CAPTCHA