Verplichte prognoses een must!
Recent zijn weer een aantal gerechtelijke uitspraken gepubliceerd over ondeugdelijke prognoses. Franchisegevers zijn daarbij veroordeeld tot schadevergoeding wegens het verstrekken van te rooskleurige omzet- en resultaatverwachtingen aan franchisenemers voorafgaand aan het sluiten van hun franchiseovereenkomst.
Ondeugdelijke prognoses bevatten fouten doordat deze onzorgvuldig tot stand zijn gekomen. Met zorgvuldig voorafgaand onderzoek zou dit normaliter kunnen worden voorkomen. Maar bij ondeugdelijke prognoses wint de wens om te contracteren het meestal van de zorgvuldigheid.
Door ondeugdelijke prognoses lijden franchisenemers aanzienlijke vermogensschade (steeds verder oplopende exploitatieverliezen) terwijl zij intussen geen kant op kunnen. Zij hebben immers (op basis van de ondeugdelijke prognoses) langlopende overeenkomsten gesloten waaronder de franchiseovereenkomst, huurovereenkomst, arbeidsovereenkomsten, financieringsovereenkomst, etc.. Ook hebben zij niet zelden een hypotheek verstrekt op hun woning en aanzienlijke bedragen uit privé middelen geënvesteerd (wederom: op basis van de ondeugdelijke prognoses). Als dan na de start blijkt dat de franchisevestiging louter verliesgevend is dan is het financiële en menselijk leed vaak niet te overzien.
Een franchisegever heeft nomaliter ook geen belang bij een franchisevestiging die niet rendabel te maken is. Niet alleen kost dat een franchisegever veel managementtijd en is het slecht voor de goede naam en faam maar meestal blijven uiteindelijk ook facturen onbetaald.
Een oplossing voor de gevolgen van ondeugdelijke prognoses blijkt vaak lastig. Beide partijen zitten gevangen in de situatie. De vermogensschade aan de zijde van franchisenemer is zodanig groot dat een franchisegever niet snel bereid is om de schade volledig of grotendeels te vergoeden terwijl franchisenemer zonder een dergelijke vergoeding niet uit de problemen komt en dus wel genoodzaakt is om in een gerechtelijke procedure schadevergoeding te vorderen.
Om deze situaties zoveel mogelijk tegen te gaan, dienen franchisegevers verplicht te worden gesteld om voorafgaand aan het sluiten van een franchiseovereenkomst zorgvuldig opgestelde prognoses, vergezeld van een actueel vestigingsplaatsonderzoek (VPO), te verstrekken. Tegen relatief lage kosten van ? EUR 2.500,= tot EUR 5.000,= ex BTW kan een grondig VPO worden uitgevoerd. Die kosten wegen zonder meer op tegen de nadelen van een onrendabele franchisevestiging.
De Nederlandse Franchise Code-in-wording (NFC) biedt een uitgelezen mogelijkheid om deze verplichting vast te leggen. Een formulering zou kunnen zijn:
Artikel 1: franchisegever is verplicht voorafgaand aan het sluiten van een franchiseovereenkomst een zorgvuldig en transparant onderbouwde omzet- en kostenprognose, vergezeld van een actueel vestigingsplaatsonderzoek (VPO) en beschikbare historische cijfers en een begrijpelijk onderbouwde en deugdelijke investerings- en exploitatiebegroting voor tenminste de eerste drie contractjaren, ter beschikking te stellen aan de aspirant-franchisenemer.
Artikel 2: de verplichting uit artikel 1 geldt niet indien:
a. minder dan 12 maanden voorafgaand aan de ondertekening van de franchiseovereenkomst op dezelfde locatie een franchisevestiging van dezelfde formule werd geëxploiteerd. In dat geval wordt de aspirant-franchisenemer door franchisegever voorzien van de met die vestiging gerealiseerde omzetgegevens over de laatste 3 jaren of, indien de franchisevestiging laatstelijk korter dan 3 jaren is geëxploiteerd, over de duur van de laatste periode van exploitatie. Voorts wordt de aspirant-franchisenemer geïnformeerd over de reden van beëindiging van de laatste franchiseovereenkomst voor de betreffende locatie.
b. aspirant-franchisenemer een bestaande franchisenemer is die ten tijde van ondertekening van de franchiseovereenkomst reeds één of meer franchisevestigingen van dezelfde franchiseformule exploiteert én heeft geëxploiteerd gedurende tenminste drie direct aan de ondertekening van de franchiseovereenkomst voorafgaande jaren.
Met voormelde regeling (of een vergelijkbaar alternatief) worden aspirant-franchisenemers zonder voldoende ervaring met de formule beschermd tegen ondeugdelijke prognoses terwijl voor voortgezette franchisevestigingen (artikel 2.a) en ervaren multi-franchisenemers (artikel 2.b) een uitzondering wordt gemaakt.
Vanzelfsprekend geeft een dergelijke regeling geen garanties dat ondeugdelijke prognoses niet meer voor zullen komen. Zij dwingt partijen echter wel tot uiterste zorgvuldigheid waarmee naar mijn overtuiging een belangrijk deel van de gevallen waarin franchiseovereenkomsten worden gesloten op grond van onjuiste informatie kan worden voorkomen. Dat is in het belang van alle betrokken partijen en maatschappelijk zeer gewenst.
Een zwaarwegend inhoudelijk argument tegen een dergelijke verplichting heb ik tot op heden niet gehoord of gelezen. Ik neem dan ook aan dat zowel franchisenemers als franchisegevers het opnemen van deze verplichting in de Nederlandse Franchise Code van harte ondersteunen.
Kees Kan
Franchise advocaat
kan@kv-advocaten.nl
Tel: 023 - 5276100
Kan Vlassenroot Advocaten
Franchisehulp