Trends in het MKB: Duurzaamheid

Je bent franchisenemer en veel zaken worden voor je geregeld. Zaken waar de markt gevoelig voor is. Wat anno 2019 zeker van belang is, is duurzaamheid. Ook de individuele franchise gever zal invulling kunnen geven aan duurzaamheid.

We laten Roeland Verbeet van Claassen, Moolenbeek & Partners (CM&P) aan het woord:

Ondernemers en franchise gevers & nemers hebben alleen vaak een gezamenlijk doen, Zij willen succesvol(ler) worden én blijven. 
Eén van de manieren waarop we hiervoor kunnen zorgen is door naar de strategie en het verdienmodel in de toekomst te kijken.

Omdat we nu eenmaal niet beschikken over een glazen bol of een toverstaf, is het goed om een gestructureerde aanpak te hanteren gebaseerd op een visie, kennis & ervaring en trends in de markt en maatschappij.

Eén van die trends waar we in dat opzicht niet aan kunnen (en dus ook niet willen) ontkomen is het thema duurzaamheid. Maar wat betekent “duurzaamheid” nu precies? Googelen op het woord levert tientallen definities op. Daarmee wordt duurzaamheid al snel een containerbegrip.

En precies dat is wat het voor ondernemers vaak lastig maakt om er concreet mee aan de slag te gaan. Dit brengt het gevaar van uitstel of afstel met zich mee en dat is niet verstandig. Want hoewel duurzaamheid misschien een containerbegrip is, kun je het zeker niet kwalificeren als een hype.

Het is onbegonnen werk om een allesomvattend plan te maken voor dat wat allemaal mogelijk is. Ik adviseer om te beginnen met een analyse gebaseerd op twee belangrijke uitgangspunten:

1.    Wat is op het gebied van duurzaamheid wettelijk verplicht op dit moment en (voor zover reeds bekend) in de komende jaren?
2.    Welke actie of activiteit heeft de grootste impact op de duurzaamheid van de onderneming?

Ad 1: Wetgeving betekent per definitie geen keus en vraagt daarmee altijd om actie. Het moment waarop de actie plaats moet vinden is afhankelijk van de aard van de wetgeving. Ik ben daarbij van mening dat het aanbeveling verdient om dat wat nu gedaan kan worden, niet uit te stellen naar de toekomst.

Dat biedt op dat moment immers minder keuzemogelijkheden en leidt mede daardoor vaak tot hogere kosten. Een voorbeeld hiervan is de wettelijke verplichting dat alle kantoren > 100 m2 (enkele uitzonderingen daargelaten) per 1 januari 2023 minimaal energielabel C moeten hebben.

Voldoet het pand dan niet aan die eis, dan mag het niet meer als kantoor gebruikt worden. Door de eventueel benodigde maatregelen hiervoor uit te stellen tot bijvoorbeeld 2022, is de kans groot dat de vraag naar oplossingen het aanbod op dat moment overtreft, met een prijsopdrijvend effect als gevolg.

Ad 2: De motivatie voor de keuze van het uitgangspunt impact is dat hiermee het grootste en/of snelste resultaat gerealiseerd kan worden. De impact kan zowel betrekking hebben op de externe omgeving, het milieu alsook op de eigen financiële positie.

Met betrekking tot dit aspect is er altijd sprake van maatwerk. De business- case van een transporteur is immers volledig anders dan die van een retailer en een haarsalon is een ander dienstverlenend bedrijf dan pakweg een accountant of tandarts.

Op basis van kennis van de markt en een goede inventarisatie, gevolgd door een analyse, maak je een concreet stappenplan.
Door het uitvoeren van dit plan kan je grote winst boeken. 

Intrinsieke motivatie

Op basis van voorgaande zou het kunnen lijken dat ik ondernemers/franchisers uitsluitend adviseer op basis van ‘moeten’ en ‘financieel voordeel’ een duurzame strategie op te stellen. Dat is zeker niet het geval. Hoe hoger de intrinsieke motivatie, des te beter en des te groter de impact. Ik wil echter reëel en eerlijk zijn.

De ervaring leert namelijk dat niet iedere ondernemer/ onderneming gekwalificeerd kan worden als koploper van duurzaamheid. Ik ben van mening dat het niet aan ons is om daarover te oordelen. 

Voor die bedrijven die vooralsnog andere prioriteiten gesteld hadden, is er allerminst reden om met de handen in het haar te gaan zitten. Tegen hen zeg ik daarom: "Ga zo snel mogelijk aan de slag?” 

Roeland Verbeet
Claassen, Moolenbeek & Partners