Franchise in... Arnhem!
Franchise+ gaat op pad in een stad en laat franchisenemers aan het woord. Over hun winkel, hun formule en over hun stad. Door verschillende ondernemers uit verschillende branches naar hun visie te vragen, ontstaat een momentopname van zaken doen in een specifieke stad. Deze keer waren we in Arnhem, trotse hoofdstad van Gelderland.
Op het moment dat we Arnhem bezoeken is de stad gehuld in een feestelijke winteroutfit, nog een restje van de voorbije kerstsfeer. De sfeer in vooral het oude gedeelte in de binnenstad, maar ook in de moderne winkelcentra, lokt ongetwijfeld veel shoppers uit Arnhem zelf - stad met ruim 142.000 inwoners - en van buiten de stad. Ondanks het feit dat in de Tweede Wereldoorlog de stad grotendeels werd leeggeplunderd en zwaar beschadigd, is Arnhem - hoewel geen pittoreske historische stad - nog altijd een stad met fraaie monumentale panden en bijzondere landschapsparken. McDonald’s bijvoorbeeld is gevestigd in de voormalige damesmodewinkel Voss uit 1922. Het mooie, vier verdiepingen tellende pand op de hoek Rijnstraat-Grote Oord-Jansstraat werd destijds bewust in een traditionele (circa 1800), chique stijl opgetrokken om rijke klanten te trekken. Ook het monumentale postkantoor aan het Jansplein uit 1888 is een van de fraaiere gebouwen.
Arnhemse meisjes
Het gemeentebestuur, onder leiding van burgemeester Pauline Krikke, legt echter - in zijn nieuwe campagne om Arnhem op de kaart te zetten - de nadruk op de moderne en actuele kwaliteiten van de stad. Onder de noemer ‘Arnhemse meisjes..? Made in Arnhem’ moet de promotiecampagne de naamsbekendheid van de stad vergroten en mensen wijzen op de ambitieuze plannen en projecten op het gebied van wonen, werken en vrijetijdsbesteding. Uit imago-onderzoek was gebleken dat Arnhem als woon-, werk- en winkelstad niet erg bekend is bij de Nederlanders. Als bijzondere prestaties noemt de gemeente: “De uitschuifbare grasmat van Gelredome, de Ocean van Burgers’ Zoo, de Arnhem Mode Biënnale en de prestigieuze ondergrondse uitbreiding van ArtEZ hogeschool voor de kunsten”. In 2002 kreeg de gemeente een 6,7 voor haar ondernemersklimaat. In haar economisch beleidsplan heeft de gemeente zich ten doel gesteld om dit waarderingscijfer te verhogen naar een 7,0 in 2006, onder meer door een ondernemersloket in te stellen. Of dit doel is gehaald, was bij het ter perse gaan van dit nummer nog niet bekend. Het Gelredome heeft overigens een belangrijke economische functie voor de stad. Zo trokken de tien concerten die Marco Borsato er in 2006 gaf zo’n 320.000 mensen naar Arnhem. Ongeveer 50.000 van hen hebben in de stad gewinkeld, gegeten en gedronken. De gemeente Arnhem had voor de gelegenheid in de winkelstraten banieren van WarChild opgehangen, waarvoor Borsato ambassadeur is. Ook veel ondernemers hadden hun zaak aangepast.
Arnhem telt een aantal ondernemersverenigingen waaronder City Centrum Arnhem (CCA), Ondernemers Kontakt Arnhem (OKA), dat gesprekspartner is voor de gemeente, en Stichting Binnenstadsmanagement Arnhem (SBA). In de gesprekken met de ondernemers blijkt dat de meeste weinig bekend zijn met de verschillende partijen. Ze halen namen en taken door elkaar en ervaren geen sterk samenwerkend ondernemersblok.
Veel speciaalzaken
In het winkelaanbod vind je terug dat Arnhem een kunstacademie heeft met opleidingen in de mode en vormgeving en een conservatorium. Er zijn veel speciaalzaken op het gebied van kleding, klassieke muziek en design. Maar ook het keten- en filiaalbedrijf is ruim vertegenwoordigd. Arnhem is, met 100.000 m2 aan winkels, de vijfde winkelstad van Nederland. Er zijn grote winkelstraten, sfeervolle steegjes en grote overdekte winkelcentra als Kronenburg en Presikhaaf. Ook is er een enorme woonboulevard (26.000 m2). Voor wie op zoek is naar iets bijzonders, is winkelgebied Het Eiland een aanrader. Het Eiland is het middelpunt van vijf straten, Kerkstraat, Arke Noachstraat, Bentinckstraat, Wielakkerstraat en de Zwanenstraat. Hier tref je vooral speciaalzaken aan zoals kindermeubelzaak Vibel en ambachtelijke meubelstoffeerderij C. van Kampen en Zoon.
Eerste ‘shopping mall’
Winkelcentrum Presikhaaf was in 1965 de eerste ‘shopping mall’ van Europa en stond in 1971 als het modernste winkelcentrum van Europa op een tentoonstelling in Parijs. Inmiddels is het winkelcentrum toe aan een flinke injectie en wordt op dit moment dan ook uitgebreid. Een ander groot project is de vernieuwing van het gebied rondom het Arnhemse Centraal Station. Tot 2010 zullen station en stationspleinen worden geherstructureerd en zullen er tienduizenden vierkante meters kantoor- en winkelruimte bijgebouwd worden.
Het ambitieuze project Musiskwartier, ontwikkeld door gemeente, Multi Vastgoed en Vendex KBB NV, is zojuist afgerond: circa 20.000 m² nieuw winkelgebied, 12.000 m² extra winkelruimte voor V&D, 76 bijzondere koopappartementen, herontwikkeling Musisgarage en een ondergrondse fietsenkelder.
Kaldi
‘Met zijn allen iets van de straat maken’
Voor wie uit de parkeergarage Langstraat komt, is de Weverstraat de eerste kennismaking met het Arnhemse winkelcentrum in de binnenstad. Geen slechte plek voor een specialiteitenzaak, vindt de franchisenemer van de Kaldi vestiging. “De passantenstroom is hier heel aardig, vooral op vrijdag en zaterdag. Het is qua huur hier ook nog te doen, een paar honderd meter verderop is het niet meer te betalen. Daar zou ik slapeloze nachten van hebben.” Hij heeft zelfs een terrasvergunning voor de tuin achter de zaak. “Dat is toch heerlijk? Ook voor jezelf. Kom je ’s zomers nog eens buiten!”, lacht hij. Hij moet het vooral hebben van vaste klanten die bijvoorbeeld hun speciale koffiemix komen halen. Het aantal business to business-klanten neemt toe. “Er zijn mensen die om vijf voor zes een espressomachine komen kopen”, zegt hij. Maar ook in de consumentenmarkt is hij actief. Zo geeft hij workshops espresso maken - “veel mensen denken dat dit heel eenvoudig is, maar het is echt een precisiewerk dat al begint bij de afstelling van je maalmachine” - en laat hij op zaterdag een echte barista ofwel koffiemeester komen. De Arnhemse consumenten vindt hij een leuk publiek. ”Ik kom zelf uit Doetinchem en daar zijn mensen een stuk minder open. Hier geven de mensen goed geld uit, vooral de mensen uit de regio’s met de wat hogere inkomens zoals Velp. Ik zit toch in het luxe segment.” Hij is lid van het CCA maar contact met zijn collega-ondernemers in de straat heeft hij nog niet, behalve met de naaste buren. “Ik zit hier pas een half jaar maar ik wil graag toe naar een goed ondernemersklimaat. Het is toch leuk om met zijn allen iets van de straat te maken".
Australian
‘Mijn uithangbord werd steeds aangereden door vrachtwagens’
Sinds 2001 zwaait Muzaffer Demir de scepter in zijn Australian vestiging aan de Grote Oord. Maar omdat zijn vijfjarig jubileum samenviel met de decemberdrukte, heeft hij de viering nog maar even uitgesteld. Arnhem is een toevallige keuze: de vestiging kwam te koop, hij kreeg de tip om als bedrijfsleider te solliciteren maar besloot binnen een week om te gaan franchisen. “Mijn hele familie zit in de horeca”, zegt hij. “Maar dan in de restaurants. En dat is niets voor mij. Lange dagen, nachtwerk, geen sociaal leven. Ik had nooit gedacht dat ik zelf ook een eigen zaak zou krijgen, maar dit is leuk, nog steeds. De combinatie van winkel met horeca spreekt me erg aan. Ook de formule is leuk, met het verse ijs en de honderd procent natuurlijke stoffen. Er zijn in de loop der jaren steeds meer producten bijgekomen, vooral in de chocolade en de koffie. En het gaat goed. De omzet was laag toen ik het overnam, maar we hebben tot nu toe elk jaar geplust. Ook als organisatie plussen we elk jaar.” Arnhemmers vindt hij een leuk publiek. “Nette klanten. Je moet wel goed kunnen verkopen want de mensen willen graag informatie. In Amsterdam heb je meer toeristen, die kopen gemakkelijker. Ik heb hier ook wel toeristen sinds Australian uitbreidt in het buitenland. Veel Duitsers vooral. Maar ook Australiërs. Die zijn verbaasd dat zij dit niet hebben. De naam is te danken aan het ijsrecept van een Australische huisvrouw maar de formule is opgezet door een Belg.” Muzaffer Demir is blij met zijn plek, ook al is het geen hoekpand zoals Australian graag heeft. “Dit is de beste locatie van Arnhem. Mensen die van het station komen, lopen hier langs en ook veel winkelaars beginnen hier.” Om zijn klanten wat gezelligheid te bieden, wilde hij twee houten bankjes buiten zetten, tegen de pui aan. “Ik ben toen anderhalf jaar bezig geweest om een vergunning te krijgen”, zegt hij. Ook is hij tegen de strenge reclameregels van de gemeente aangelopen: “Mijn uithangbord werd drie keer per jaar aangereden door vrachtwagens en ik besloot om het tien centimeter hoger te hangen. Maar dat mocht niet. Nu heb ik maar andere borden opgehangen.” De eerste drie jaar was hij wel lid van de winkeliersvereniging, maar nu niet meer. “Meer dan de helft van deze straat doet niet mee. Toen ben ik ermee gestopt. Als franchisenemer heb je al genoeg onkosten.”
Telfort
‘Wij dachten dat er veel meer passanten zouden zijn’
Nu de Telfort vestiging aan de Jansstraat ruim een jaar open is, merkt bedrijfsleider Floris Dirkse van den Heuvel dat er sprake is van vaste klanten: ze komen terug nu hun contracten van een jaar zijn afgelopen. En dat is prettig want het aantal passanten valt een beetje tegen: “Wij dachten dat er veel meer passanten zouden zijn, op weg van het station naar de Korenmarkt. Er zijn meerdere telecomwinkels in de straat, dat is ook een voordeel. Maar het blijkt dat de straat die de Jansstraat kruist – Rijnstraat en Vijzelstraat – veel meer winkelend publiek trekt”, zegt hij. Een van de oorzaken is het parkeerbeleid, denkt hij: “Voorheen was het hier gratis parkeren maar nu er mooie maar betaalde parkeergarages zijn, gaan mensen op zoek naar goedkopere plekken. Daardoor lopen ze deze route niet meer en dat merk je wel.” Floris heeft eerst in Nijmegen gewerkt en vond de sfeer daar wat gemoedelijker dan in Arnhem. “De Nijmegenaren laten zich beter voorlichten, vinden het verkoopgesprek ook leuk. De Arnhemmers beslissen sneller. Maar wel weer minder snel dan in Utrecht of Amsterdam.” Ondanks de strenge gemeentelijke regels, waar ook Telfort tegenaan gelopen is, is hij wel positief over de gemeente. “Vooral de communicatie is goed. Zo was er laatst een informatieavond over de veranderingen in het Havenkwartier. En een half jaar geleden was er een enquête over de criminaliteit en het verkeer. Vooral van dat laatste hebben we veel last. Vrachtwagens rijden de hele dag door het centrum. Daar kan de gemeente niet onmiddellijk wat aan veranderen, maar ik heb wel het gevoel dat er geluisterd wordt naar de ondernemers.” Redelijk wat overlast ondervindt de Telfort winkel van de dakloze bedelaars. “Soms komen ze ook binnen en klanten vinden dat niet fijn.” Ook de straatverkopers en actievoerders kunnen niet op zijn sympathie rekenen: “De gemeente geeft daar veel te veel vergunningen voor af en de mensen worden er een beetje gek van. Om de paar meter word je lastiggevallen”, aldus Floris Dirkse van den Heuvel.
Intersport
‘Wie wil er nu een paar honderd meter met een paar ski’s op zijn nek lopen?
Een beetje achteraf, op het Jansplein, ligt de 1.600 m2 tellende Intersport Superstore. Hier geen duizenden passanten per dag, maar volgens bedrijfsleider Jeroen Demmink is dat niet echt een probleem: “Er zit hier al veertig jaar een sportzaak dus vaste klanten weten ons wel te vinden. Maar het is niet de meest ideale plek qua binnenwandelend publiek. En nu de parkeerplaatsen aan het nabijgelegen Gele Rijdersplein zijn toegewezen aan vergunninghouders, merken we dat wel aan de omzet. Zeker voor skiklanten is het nu lastig. Wie wil er nu een paar honderd meter met een paar ski’s op zijn nek door de stad lopen?” Een jaar geleden is de Intersport vestiging van eigenaar veranderd en nu wordt er volgens Jeroen, die er al vier jaar werkt, meer gedaan aan lokale marketing. “Zo zijn we onder meer een project aan het opstarten om verenigingen te sponsoren”, zegt hij. De gemeente is niet de meest flexibele partij in ondernemersland, vindt hij. “Er zijn zoveel voorbeelden van dingen die niet mogen en niet kunnen en er wordt zo traag gereageerd. Zo was het heel moeilijk om een vergunning te krijgen voor een bak om schoenen in te zamelen voor het goede doel. Wij zijn wel lid van de ondernemersvereniging maar ik heb niet het idee dat we een vuist kunnen maken. Een informatieavond van de gemeente is meer een mededeelavond want er worden alleen maar besluiten meegedeeld die al genomen zijn, voor zover ik het kan beoordelen.” De gemeente gaat wel goed met overlast en kleine criminaliteit om, meent de bedrijfsleider. “Veelplegers worden sneller achter slot en grendel gezet en de politie reageert ook snel.” Ten tijde van het gesprek komt een medewerker Jeroen waarschuwen: er zijn wat ongewenste gasten binnen. Jeroen gaat erop af en even later lopen de jongens naar buiten. “Arnhem staat niet bekend om zijn rijke bevolking, maar wij zitten vanuit de historie toch in het wat hogere prijssegment. Onze klanten komen dan ook uit de hele regio”, aldus Jeroen Demmink.
House of Shoes
‘De gemeente luistert serieus naar je’
De vestiging van Nimco, volgens het nieuwe concept House of Shoes gedoopt, is een eigen Nimco vestiging maar bedrijfsleider Martijn Shoep is enthousiast alsof het zijn eigen toko is. “Dat is ook wel een beetje zo”, zegt hij. “De shopmanagers zijn in grote mate verantwoordelijk voor hun winkel.” De zaak ligt aan de Rijnstraat, van oudsher dé winkelstraat volgens Martijn, maar de loop is er een beetje uit. “Die houdt op bij de HEMA”, zegt hij. In maart is echter de hele winkel verbouwd volgens het nieuwe concept en dat geeft reden tot optimisme: “De nieuwe winkel heeft een heel grote aantrekkingskracht, dat merken we al. Er komen meer bezoekers. Ook zit hier een grote trekker als Sting een paar deuren verderop. Verder is er een plan om een bus vanuit het transferium bij het Gelredome te laten stoppen aan het begin van de Rijnstraat. Dat zal ook meer traffic brengen”, zegt Martijn. Zijn formule springt er wat hem betreft uit. “Er zitten hier veel schoenenzaken als Wolky, Ecco en de schoenoutlet, maar wij onderscheiden ons wel, vind ik. De klant verwacht bij ons fun en mode. Ook hebben we een sterke kindercollectie. Niet voor niets hebben we vorig jaar de Retail Design-prijs gewonnen. Afgelopen jaren heeft Arnhem aardig op de schop gelegen maar wij zitten in een positieve spiraal. Zo bezorgde Marco Borsato ons met zijn tien concerten in het Gelredome ook extra omzet!” De Arnhemmers vindt hij in eerste instantie vrij afstandelijk. “Ik woon zelf in Nijmegen, daar is het iets gemoedelijker. Arnhem is meer een provinciestad, met klanten uit de hele regio. Veel mensen vinden het prettig om wat anoniemer te winkelen. Maar wij hebben een goede sfeer in het team en dat straalt af op de klanten.” Over het gemeentelijk ondernemersbeleid is hij positief: “De gemeente luistert serieus naar je. Er zijn best wel problemen, zoals brommers en fietsers die door de straat rijden, te weinig verlichting, te veel vergunningen voor vrachtwagens die door het centrum rijden. En het nieuwe Musiskwartier staat nu al in de top tien van duurste straten van Nederland, alleen in de zijstraten zijn de huren nog wel te doen. Des te belangrijker is het dat de gemeente er alles aan doet om die straten aantrekkelijk te houden.” Zelf draagt hij ook zijn steentje bij. De ondernemers in de Rijnstraat hebben hun krachten gebundeld om een betere gesprekspartner te kunnen zijn voor de wethouder van Economische Zaken.
Jackpot
‘Veel ondernemers zijn een beetje lui’
Aan de overkant van de Rijnstraat zit Veronique Gallee al sinds 1987 met haar Jackpot. Het is superdruk in de modewinkel en veel tijd om te praten heeft ze niet. Maar ze wil wel kwijt dat de ondernemers in de straat druk bezig zijn om de straat op te vijzelen. “Het is nooit een heel goede locatie geweest en de laatste jaren is het nog verder achteruitgegaan. Maar de ondernemers hier, verenigd via de CCA, doen er van alles aan en de gemeente staat open voor ideeën. Ik vind het ondernemersklimaat hier goed, maar daar moet je als ondernemer wel zelf initiatief voor nemen. Veel ondernemers zijn een beetje lui. Het begint bij het in orde hebben van je pui en de inrichting. Daar moet je in investeren, de kosten gaan voor de baten. Maar als je dat voorlegt aan ondernemers, geven veel van hen niet thuis. Ik vind dat ondernemers best een vuist kunnen maken, maar dan moeten ze wel vanachter hun toonbank vandaan komen en lid worden van een ondernemersvereniging”, aldus Veronique Gallee.
Subway
‘Arnhemmers zijn goede klanten’
Het gaat goed met de Arnhemse Subway, “en beter sinds de Burger King aan de overkant gesloten is”, zegt franchisenemer Hans Koens. De 75 m2 tellende vestiging aan het Willemsplein was in december 2003 de vijfde die werd geopend, inmiddels zijn er veertig zaken. Omdat Hans Koens ook vestigingen runt in Apeldoorn, Nijmegen en Hengelo, kan hij goed vergelijken. “Als je kijkt naar de omzet per store dan scoort Arnhem het best van de vier”, zegt hij. “Alhoewel het wel wat meer naar elkaar toegroeit.” Het ondernemersklimaat beoordeelt hij als goed. “De gemeente verdient hier absoluut een pluim. Bij ons moest het in 2003 heel snel en dat is ook allemaal gelukt. De benodigde vergunningen waren heel snel geregeld.” Ook zijn de Arnhemmers goede klanten, vindt hij. “Ze kopen hier wat sneller. Er wonen veel allochtonen in Arnhem en die zijn gek op de gezonde Subway-broodjes.” Wel heeft hij zijn bedenkingen bij het parkeerbeleid van de gemeente. “De mensenstromen zijn veranderd door het switchen van parkeergarages en het verplaatsen van het busstation. Maar we kunnen nog geen resultaat daarvan meten omdat we nog profiteren van het verdwijnen van de Burger King.” Hans Koens is blij met zijn formule: “De organisatie steunt ons waar nodig en probeert het marktaandeel in Nederland hoog te houden. Er zit zo ongelooflijk veel ervaring, daar profiteren wij van!”