Food een beproefde exploitatievorm

Sambal blijft heet in de koelkast Blijkbaar is franchising, als het om eten en drinken gaat, een beproefde exploitatievorm. Van de hamburgers van McDonald's tot de kip van Wienerwald; van de pizza's van New York Pizza tot de rookworsten van de Hema: wie at ze al niet. Heeft u alweer trek? Dat komt goed uit, want sinds enige tijd kan er ook worden gegeten en gedronken bij franchisevestigingen met een culinaire formule op basis van de Indonesische keuken.Bami Rames, Nasi Goreng, Sate Ajam, Gado Gado en natuurlijk Kroepoek van 'Javaanse Jongens', zo heet die franchiseformule. De Indonesische keuken is in ons land zo vertrouwd geworden dat de bereiding al lang niet meer voorbehouden is aan nazaten uit de Gordel van Smaragd of aan ex-kolonialisten. In iedere Hollandse nieuwbouwwijk wordt geregeld in diverse huishoudens geroerbakt en gewokt. Kortom, voor een franchiseconcept als dat van Javaanse Jongens is er een markt. Het klantenpotentieel is groot. Dat vond ook een Vughtenaar, die zich aandiende als franchisenemer van het eerste uur. Deze franchisenemer was kennelijk zeer enthousiast in het franchiseconcept gestapt. Toen ruim een jaar later de omzet achterbleef bij de verwachtingen, stapte de franchisenemer naar de kortgedingrechter. Het zal niet verbazen, dat deze franchisenemer de franchisegever verantwoordelijk en aansprakelijk hield. De franchisenemer stelde dat de franchiseovereenkomst tot stand is gekomen onder invloed van dwaling. De door de franchisegever afgegeven prognoses omtrent te behalen omzet en winst waren niet gebaseerd op zorgvuldig markt- en vestigingsonderzoek. Was dit wel het geval geweest, dan zou die prognose er anders hebben uitgezien en zou de franchisenemer de franchiseovereenkomst nooit zijn aangegaan. De franchiseovereenkomst zou daarom vernietigbaar zijn. En als de franchisenemer al niet in dwaling zou hebben verkeerd, dan is het achterblijven van de omzet een tekortkoming in de nakoming van de franchiseovereenkomst, zo stelt de franchisenemer. Een tekortkoming, want het is aan de franchisegever te wijten dat die omzet achterbleef en ook dat deze franchisegever zou hebben nagelaten om blijvend te adviseren en te begeleiden. Kortom, we hebben hier van doen met een "klassiek" geschil tussen franchisegever en -nemer. We doen allemaal wel eens onbesuisd of onbezonnen. Zo ben ik ooit eens op een zomerdag naar de markt geweest en heb daar een tweedehands koelkast gekocht. Maar die bleek het niet te doen. Daar zat ik mooi mee. Ik verweet mijzelf 'goedkoop is duurkoop' en ondertussen vielen de mussen van het dak. Vol zelfmedelijden ben ik naar de dichtstbijzijnde witgoedzaak gelopen. Daar kocht ik een gloednieuwe koelkast met een dijk van een garantie. Dat ding deed het ook niet. Had ik nu maar in plaats van een gloednieuwe koelkast een verlengsnoertje gekocht, want snel daarna had ik in de gaten dat het stopcontact, waarop ik de beide koelkasten aansloot, defect was. De bewuste franchisenemer verweet de franchisegever, dat de afgegeven prognoses niet realistisch waren en niet waren gebaseerd op een zorgvuldig markt- en vestigingsonderzoek. En het gekke in deze zaak was: dit was waar. Echter, de kneep zit hem daarin, dat de bewuste franchisenemer geen markt- en vestigingsonderzoek en ook geen prognoses had verkregen van de franchisegever, maar daarom ook niet heeft gevraagd of deze niet heeft willen afwachten. Wel werd een exploitatiemodel uit een franchiseplan ter beschikking gesteld. Dit franchiseplan was een rapportage van een deskundige - uitsluitend ten behoeve van de franchisegever - over de haalbaarheid van de franchiseformule als zodanig. In het exploitatiemodel was met zoveel woorden opgenomen: "Uitsluitend voor discussiedoeleinden te gebruiken. De cijfers zijn niet toegesneden op een specifieke locatie." Op basis van het exploitatiemodel is de bewuste franchisenemer vervolgens met veel ondernemingszin aan de slag gegaan. Een ondernemingsplan werd opgesteld, een locatie voor de franchiseve

Lees meer over:
Franchise+ Franchiseplus
Redactie