Wim Löbker: Er moet iets gebeuren bij Bakker Bart

De afgelopen maanden stond hij veelvuldig in de schijnwerpers. Franchisenemer Wim Löbker (52) van de Bakker Bart-vestiging in Gouda. Hij was de initiatiefnemer van een motie van wantrouwen tegen de directie, dat werd ondertekend door ruim 120 franchisenemers.

Dat resulteerde in het opstappen van de directeur en een onafhankelijk onderzoek naar de kosten van de franchiseformule. De resultaten daarvan zijn binnenkort bekend. Franchise+ sprak uitvoerig met de ondernemer over zijn motieven.  

“Bart Bakker heeft een topformule, echt gaaf. Laat daar geen misverstand over bestaan. De formule geeft je de ruimte om uit te blinken waar je goed in bent: met je handen en je klanten. Zaken als reclame en boekhouding worden uit handen genomen. Zeker toen ik elf jaar geleden begon gold, dat als je een vakman was dat je er een goedbelegde boterham aan overhield. Langzamerhand is er de klad in gekomen. We hadden een prima kassasysteem, maar dat moest vervangen worden door een nieuw systeem dat we konden leasen, de inkoopprijs van producten steeg, de afdrachten werden steeds hoger. Je merkt dat de aandeelhouders minder affiniteit hebben met het product. Het gaat niet meer om de mensen, maar om meer geld verdienen. Nota bene ten koste van je eigen franchisenemers. Vroeger werd er meer geluisterd naar onze ervaringen. Maar het overleg tussen directie en franchisenemers is de laatste jaren in een slop geraakt. Het werd steeds meer eenrichtingsverkeer.”

Motie

“Ik kreeg steeds meer signalen dat collega’s het hoofd niet of nauwelijks boven water kunnen houden. Er werd niet of nauwelijks naar geluisterd door het management. Ze doen alsof het om een enkeling gaat die geen goed ondernemer is. Dat ze met cijfers kunnen aantonen dat de marges wél aantrekkelijk zijn. Hun cijfers kloppen, zeggen ze. Ik heb andere cijfers: van 40 van de 160 franchisenemers heb ik cijfers waaruit blijkt dat ze geen droog brood meer verdienen. Zwart op wit, mét accountantsverklaring. Ik weet niet of dat het topje van de ijsberg is. Want ik kan mij voorstellen dat er collega’s zijn die hun sores liever niet op tafel leggen. Dat noem ik geen enkeling. Ik vraag mij af: wie goochelt hier nou met cijfers? Het liefst zou ik hebben dat ze een kort geding aanspanden om mij terug te roepen. Maar dat doen ze niet, want dan komt de onderste steen boven. Dan leg ik de cijfers op tafel, laat de rechter zich er dan maar over buigen. De pers mag erbij zijn. Wij hebben niks te verbergen.”

“Dacht je nou echt dat ik het leuk vond om met een motie van wantrouwen te komen? Nee, want de formule is mij dierbaar. Maar er moet iets gebeuren. Twee jaar geleden ben ik na een hartaanval uit het franchisebestuur gestapt. Ik wilde het rustiger aan doen. Maar deze ellende kan ik niet aanzien. Ik heb tegen het bestuur gezegd: ik heb niks te verliezen, alleen mijn winkel. Ik ben niet bang. Ik voel mij gesterkt door de ruime steun die ik krijg. Ik ben door de franchisenemers gemachtigd om hun belangen te behartigen. Wat zie je? De Raad van Commissarissen wil niet met mij aan tafel zitten. Ze willen zaken doen met de franchisevereniging. Dat zijn allemaal van die rare vertragingstactieken die niet bijdragen tot een oplossing. Ik ben inmiddels adviseur van de franchisevereniging. In die hoedanigheid zit ik nu toch aan de tafel.”

Directeur

“Nadat de motie van wantrouwen werd aangenomen, stapte de algemeen directeur op. Dat wordt min of meer in mijn schoenen geschoven. Blijkbaar omdat zijn eer en naam besmet zouden zijn vanwege het feit dat ik het slechte beleid van het management in de pers aan de orde heb gesteld. Ik vind dat raar: Stel dat een klant een klacht zou hebben over één van mijn medewerkers. Dan laat ik die medewerker toch niet zonder slag of stoot gaan? Ik heb niet gemerkt dat de Raad van Commissarissen heeft aangedrongen zodat de directeur bleef. Ze onderschrijven blijkbaar mijn mening dat er jarenlang slecht management is gevoerd.”

Vuile was

“Ik wil de vuile was niet buiten hangen. Daarvoor is Bakker Bart mij te lief. Maar ik vind wel dat de Raad van Commissarissen afspraken moet nakomen. Als dat niet gebeurt, zoek ik de publiciteit. Ik heb mij erin vast gebeten en ik laat niet meer los. Gelukkig sta ik er niet alleen voor: ik heb een team mensen om mij heen die mij juridisch adviseren, brieven schrijven en helpen met de publiciteit. Ik krijg dagelijks tientallen e-mails met steunbetuigingen. Van collega’s, van ex-collega’s, maar ook van leveranciers. Natuurlijk gaat het mij allemaal niet in de koude kleren zitten. Maar we moeten nu spijkers met koppen slaan. De Raad van Commissarissen heeft nu iemand uit het bedrijfsleven gevraagd om de zaak door te lichten. Wij hebben de voormalige eigenaar van Bakker Bart, Bart van Elsland, gevraagd om namens ons de zaak door te lichten.”

Stoppen

“Als ik het voor het zeggen had, zou ik onmiddellijk stoppen met het openen van nieuwe zaken. Er worden nu winkels geopend in kleine plaatsen. Te kleine plaatsen als je het mij vraagt. Want in zo’n plaats verkoop je minder belegde broodjes - waar een ruimere marge op zit - dan het dagelijkse brood. Voor de nieuwe franchisenemers is het lastig om hun investering, hun huur en de personeelskosten terug te verdienen. Ik zou een pas op de plaats maken en direct met de huidige franchisenemers die slecht draaien om de tafel gaan zitten. Zorgen dat het lek boven water komt. Dat betekent ook dat de winkelbegeleiders beter geschoold moeten worden om de franchisenemers te adviseren op bedrijfseconomisch gebied. Wat moet er gebeuren met het assortiment, hoe kun je de kosten verlagen en de omzet verhogen? Door franchisenemers te helpen een beter rendement te behalen, krijg je als hoofdkantoor ook meer inkomsten.

Verder zou ik stoppen met het makelaartje spelen. Het lijkt soms wel dat Bakker Bart Retail alleen maar geïnteresseerd is om een zaak die over de kop gaat voor een habbekrats over te nemen en om een nieuwe franchisenemer te vinden die weer met dure investeringen aan de slag mag gaan. Ik zou er ook voor zorgen dat de Raad van Commissarissen twee keer per jaar rechtstreeks met de ondernemers praat om te horen hoe het op de werkvloer gaat, welke gevoelens er leven en welke ideeën er zijn. En blijf bij datgene waar je sterk in bent: in deegwaren. Het is toch vreemd dat ik de kaas of de cola bij Bakker Bart moet inkopen, terwijl ik die producten elders goedkoper kan inkopen?”

Druk

“We voeren de druk nu op. We betalen keurig de producten. Maar niet de afgesproken franchisevergoeding. Die maken we over naar een geblokkeerde rekening bij een notariskantoor. We geven daarmee aan dat wij onze verplichtingen willen nakomen. Voor de franchisegever is dat lastig omdat ze nu een deel van hun geld voorlopig moeten missen. Als we dat niet doen, wordt het tijdrekken en veranderd er niets. Dat kunnen een aantal van mijn collega’s zich niet permitteren. Bij hen is het water tot aan de lippen gestegen.”

Formule

“Ik hoop oprecht dat we weer kunnen toegroeien naar een hechtere formule. Een formule waarin franchisegever en franchisenemers eendrachtig werken aan het resultaat. Begrijp me goed: ik heb niks tegen een hard franchiseformule. Ik ben niet voor vrijheid, blijheid. Je moet als franchiseorganisatie een duidelijk beleid voeren. Soms moet dat streng zijn, in belang van de hele organisatie. Ik maak de organisatie niet kapot. Integendeel, als we nu niks doen, gaat de organisatie vanzelf kapot. Wij willen juist de organisatie redden.”

Wim Löbker nam in 1996 de bestaande Bakker Bart-vestiging over aan de Kleiweg in Gouda.
Hij heeft een ruime ervaring in de bakkersbranche. Op zijn achttiende had hij al de diploma’s brood, banket en luxe banket op zak. Hij werkte voor diverse ambachtelijke bakkers. Vervolgens trad hij in dienst van de HEMA. Daar werkte hij geruime tijd in de bakkerij die voor zeven vestigingen het brood en banket vervaardigde. Vervolgens werkte hij zeven jaar als afdelingsmanager brood en banket bij de toenmalige Maxis supermarkt. Een ontslagronde waarbij 350 duurdere krachten moesten opstappen, ging niet aan hem voorbij. Na ruim een jaar werkeloosheid besloot hij ondernemer te worden en werd franchisenemer bij Bakker Bart. Samen met zijn vrouw maakte hij al een aantal jaren deel uit van de franchisevereniging van Bakker Bart. Wim Löbker (52) is gehuwd en heeft twee dochters en een kleinzoon.

Van de redactie

Begin september besteedde de landelijke pers aandacht aan de problemen bij Bakker Bart. “Opstand bij Bakker Bart” kopte Het Financieele Dagblad op 8 september. Franchise+ is het vakblad voor franchisend Nederland en het behoort mede tot onze functie om relevante zaken uit de franchisewereld te melden als ze naar ons toekomen. Ons tijdschrift is geen platform om aandacht aan individuele klachten te besteden, noch voorstander ervan om conflicten via de media uit te vechten. Het conflict, de openbaarheid en de media waren er echter al. En in dit geval spreken we niet over een incident, getuige het grote aantal franchisenemers dat zich bij de klachten heeft aangesloten. Daaraan kan en wil de redactie eenvoudig niet voorbijgaan. Wij geven u hier de franchisenemerkant van de zaak. 
    
Jan Bezemer, hoofdredacteur

Reactie Bart’s Retail

Wij hebben kennis genomen van het artikel, maar wensen niet inhoudelijk te reageren ondanks dat het artikel ons inziens onjuistheden bevat. We hebben een overeenkomst gesloten met de heer Löbker dat we niet meer via de pers communiceren. Wij respecteren die afspraak. Op een later moment zijn wij graag bereid onze kant van de zaak toe te lichten.