Succes rechtvaardigt stevige groeiambitie

De broers Ron en Michel de Kok zijn de meest eigenwijze franchisepartners van Kentucky Fried Chicken (KFC), maar dat mag ook wel als je vader de grondlegger is geweest van de formule in Nederland. Volgens franchisemanager Mark van ’t Loo is KFC júist op zoek naar ondernemers die meedenken.

Aan de muur achter in het restaurant van Kentucky Fried Chicken in Barendrecht herinnert een foto aan de 35-jarige geschiedenis van KFC in Nederland. Op de foto staat de vader van de ondernemers Ron en Michel de Kok samen met Harland Sanders - de echte Colonel Sanders - de oprichter van de Amerikaanse formule. John de Kok startte de eerste KFC in 1972 op de Rotterdamse Bergweg. “Die stelde nog niet zoveel voor”, zegt zoon Ron. “Een soort veredelde snackbar was het toen nog.” Een half jaar later volgde de tweede, op de Haagse Laan van Meedervoort. Het lukte de Amerikanen echter niet om voet aan Nederlandse grond te krijgen, ook niet bij de tweede poging begin jaren tachtig. John de Kok ging op franchisebasis verder en Ron en Michel kwamen in 1980 in de zaak van hun ouders. “Wij dachten heel simpel”, zegt Ron. “Mijn broer en ik zouden allebei een zaak overnemen van onze ouders en zo zouden we tot aan ons pensioentje blijven doorgaan. Verder dachten we niet. Er zat ook helemaal geen organisatie achter. De back-up bestond uit niet veel meer dan de elf geheime kruiden van de receptuur.” Maar het liep anders. In 1997 overleed John de Kok op 59-jarige leeftijd en in de jaren daarna deed KFC een derde poging om Nederland te veroveren. “En toen ging het idee van dat pensioentje overboord. Wij waren nog jong, durfden nog wel risico aan en wij gingen méé in de uitbreiding.” Inmiddels runnen de broers vijf KFC-restaurants in Rotterdam, de zesde gaat deze maand open, aan de Stadionboulevard vlakbij Pathé en De Kuip. “KFC is echt op het juiste moment met de organisatie gekomen”, zegt Ron de Kok. Van de twee broers is hij de verantwoordelijke voor het financiële traject van de Rotterdamse franchisevestigingen. Landelijk groeide KFC van vier vestigingen in 2001 uit naar 26 vestigingen nu.      

Eigenwijze jongens

Moeilijk was het wel, zeker in het begin. “Ik ben een lastige klant”, zegt Ron. “En bovendien hadden wij al jarenlange expertise opgebouwd. Niemand, maar dan ook níemand gaat mij de wet voorschrijven. Ik wil geen relatie van werkgever-werknemer. Ik ben een zelfstandig ondernemer en dat wil ik ook blijven.” Als ondernemer zag Ron echter ook de voordelen - zoals de prijsafspraken van KFC, die wereldwijd ruim 13.000 restaurants heeft. “En KFC heeft internationale allure”, zegt Ron. “Maar wij blijven natuurlijk wel twee eigenwijze jongens uit Rotterdam die het liefst doen wat ze zelf willen. Dat kán ook binnen KFC. Wij noemen elkaar franchisepartners. Richtlijn is dat we allemaal dezelfde counter en hetzelfde menubord hebben maar voor de rest ontwikkelen we ons eigen restaurant, onze eigen entourage.” Dit gebeurt in overleg met KFC, die er een definitieve goedkeuring aan geeft.

Inmiddels is broer Michel aangeschoven aan tafel in de Barendrechtse vestiging. Hij is verantwoordelijk voor de operationele kant van het bedrijf en dus ook voor de inrichting. “Het interieur hangt nauw samen met de mogelijkheden van het gebouw”, zegt hij. “Bovendien vinden wij het leuk om nieuwe dingen uit te proberen. Zo hebben wij hier in Barendrecht een open keuken, dat past mooi in dit ronde pand en het is leuk om te laten zien dat we echt met verse producten werken.” Ron: “En in ons nieuwe pand komt een loungeruimte.” Michel: “Nou ja, loungeruimte... er staan geen banken waar je met je kippenpoten op kan gaan liggen, het blijft een fastfoodrestaurant. Maar we hebben er wel meerdere sferen. Beneden is het wat kouder, daar is het is echt bedoeld voor de snelle hap na de film, terwijl de entresol gezelliger is, cosier, voor mensen die toch even een ‘uit eten-beleving’ willen hebben.”

Real food fast

KFC is binnen de fastfoodconcepten een onderscheidende formule: alle producten komen vers in de stores en worden daar gemarineerd en bereid. KFC spreekt dan ook liever van real food fast, daarmee aansluitend op de trend van ‘vers en gezond’. Maar het zijn niet alleen de verse producten die de formule bijzonder maken. Mark van ’t Loo - horecaman in hart en nieren, zegt hij zelf - werkt al ruim zeven jaar bij KFC, sinds een jaar als franchisemanager. Hij benadrukt de bijzondere bedrijfscultuur van KFC, waarin de focus op mensen ligt. “We zijn gastvriendelijk en bieden echte service in mooie restaurants. Daar worden onze mensen ook op getraind. Niet dat ze leren om een plastic smile op te zetten maar juist dat ze lekker zichzelf kunnen zijn. Behandel de mensen zoals je je eigen vrienden behandelt. Daar hebben we ook een intern opleidings- en metingsysteem voor, het Customer Maniac-programma, met mysteryshoppers en specialisten die de mensen observeren en trainen. Daar hangt ook een waarderingsprogramma aan, waarbij mensen leuke prijzen kunnen winnen. Medewerkers krijgen ook de mogelijkheid om door te groeien, wie bewijst dat hij een echte Customer Maniac is, heeft bij ons een mooie toekomst. Doel is om onze gasten méér te geven dan wat ze verwachten.”

KFC maakt onderdeel uit van YUM! Brands Inc., evenals Pizza Hut en Taco Bell. In 2002 kwamen daar ook de handelsmerken A&W en Long John Silvers bij. Met meer dan 34.000 restaurants in meer dan honderd landen, is YUM! het grootste restaurantbedrijf ter wereld.

Meer vrouwen

KFC-franchisemanager Mark van ’t Loo erkent volmondig dat Ron en Michel de meest eigenwijze franchisepartners van KFC zijn. “Sowieso de meest eigenwijze mensen die ik ken”, zegt hij lachend. “Maar dat is ook júist wat we zoeken bij KFC. Wij willen graag werken met ondernemers die zich bewezen hebben en meedenken. Ze moeten ook een eigen vermogen van minimaal vier ton inbrengen en bereid zijn om vijf tot tien vestigingen te openen. Tegelijkertijd moeten het mensen zijn met een passie voor horeca. Die terugwillen naar de basis, naar het werken in een restaurant. Een eigen locatie is daarbij een pré. De ondernemers hebben een eigen verantwoordelijkheid voor het vinden van een locatie, al bieden wij daarbij wel ondersteuning. En de kandidaten moeten natuurlijk fan zijn van KFC. Al met al is dat een complex profiel.” Sinds een jaar hanteert Mark een nieuwe strategie als het gaat om het werven van franchisenemers. “We zijn opener geworden, duidelijker over wie we zoeken. Sinds die tijd is de respons wel minder geworden maar van een betere kwaliteit. In 2005 en 2006 hebben we veel aanmeldingen gehad en geen enkele franchisenemer kunnen werven, terwijl we in 2007 al twee licenties hebben afgegeven.”

KFC telt op dit moment 26 restaurants in Nederland, drie zijn in aanbouw: in Rotterdam, Groningen en Amsterdam. De ambitie is om er over tien jaar honderd bij te hebben. Een stevige ambitie maar volgens Mark zeker haalbaar. “We hebben internationale ervaring, er zijn nog een heleboel witte vlekken in Nederland en we hebben de laatste jaren een enorm succes qua omzetontwikkeling. We hebben nu al drie jaar een omzetstijging van ruim tien procent uit de bestaande vestigingen. Omdat we graag willen dat de ondernemers meerdere vestigingen runnen, hebben we eigenlijk maar rond de tien nieuwe franchisepartners nodig.” Mark heeft er zijn persoonlijke ambitie van gemaakt om meer vrouwen te werven. Op dit moment zijn er alleen mannelijke franchisepartners. “Ik denk dat vrouwen het heel goed zouden doen bij KFC. Ze letten goed op details en zijn goed in het omgaan met mensen. Of begeef ik me nu op erg glad ijs?!”, lacht hij.

Ondernemerschap benutten

Mark van ’t Loo is heel enthousiast als hij over ‘zijn’ KFC praat. “Het is een zeer sterk concept en ik geloof honderd procent in het succes van de formule. De laatste jaren zijn we getransformeerd van company-organisatie naar franchiseorganisatie en we investeren veel in de werving en selectie en in de training van goede franchisenemers. Het gáát om de franchisenemers. De kwaliteit en tevredenheid van onze mensen gaan boven alles, ook in de eigen vestigingen. Want als zij niet lekker werken, is de gast ook niet tevreden. Wat dat betreft is KFC een ongelooflijk goed bedrijf. We zijn heel erg gericht op het waarderen van mensen. Je hebt natuurlijk een goede locatie nodig maar alles staat of valt bij de juiste mensen. Daarom is partnership zó belangrijk. Het concept moet wel bewaakt worden - het blijft een harde formule - maar onze franchisepartners brengen ondernemerschap en creativiteit in. Zo ontwikkelde de franchisepartner Roy Sambo een Twister-variant die we nu mogelijk landelijk gaan invoeren. Het is belangrijk om niet alleen ondernemerschap binnen te halen maar ook te benutten. Franchisepartners kunnen dát veel beter dan dat wij het zelf kunnen. Daarom heet ons hoofdkantoor geen hoofdkantoor maar Restaurant Support Center en daarom ook bieden wij franchisenemers langdurige contracten aan.”

Wie zich als kandidaat-franchisenemer herkent in het profiel kan contact opnemen met Mark. Aan de hand van een toegestuurd aanmeldingsformulier bekijkt KFC of de kandidaat wordt uitgenodigd voor een eerste gesprek. Valt dat positief uit, dan gaat hij - of zij - een financieel traject in waarbij de kandidaat een bedrijfsplan maakt. “De mensen lopen dan twee dagen mee in het restaurant, samen met de restaurantmanager”, zegt Mark. “Hiervan wordt een verslag gemaakt en daarna volgt een gesprek met de directie van KFC. Daar rolt dan bij goed gevolg een licentie uit, meestal eerst voor twee jaar. Binnen die twee jaar wordt de franchisepartner uitgebreid operationeel getraind en werkt hij in meerdere restaurants.”

We krijgen respect

Het goed begeleide traject dat de nieuwe franchisepartners afleggen, is niets voor de twee Rotterdamse ondernemers Ron en Michel de Kok. Ron: “Voor een nieuweling is het fijn dat alles panklaar is voorgekookt. Maar je ziet dat de startende ondernemers na verloop van tijd ook een grote mond krijgen. Bij KFC is er dan ook die ruimte voor een eigen invulling.” Michel: “Wij krijgen respect omdat we de grondleggers zijn van KFC in Nederland. Maar ook voor de nieuwelingen is er respect; zij kijken immers weer met een frisse blik naar het concept.” Ron: “Als je als ondernemer continue wordt teruggefloten, werkt het niet. Ons ondernemerschap drijft op KFC-richtlijnen maar iedereen heeft daar zijn eigen story in, of je nu in Singapore zit of hier.” En Michel vindt dat de vrijheid binnen de formule júist ook de kracht is. “Het heeft iets leuks dat de restaurants allemaal van elkaar verschillen. Bij McDonald’s is het altijd hetzelfde, dat kan saai zijn. Wij kunnen gebruik maken van de mogelijkheden die de locatie biedt of meegaan in een bepaalde designsmaak, zoals nu bijvoorbeeld in de aardetinten. Dat is toch verrassend voor de klant?” Ron: “ Wij zijn altijd bezig met vernieuwende dingen en dat willen we altijd blijven doen. En alle partijen zijn blij als de franchisenemer het in zijn eigen zaak naar zijn zin heeft.”

Multicultureel

En dat Ron en Michel de Kok het naar hun zin hebben is duidelijk. Met enthousiasme vertellen ze over de bouw van hun zesde restaurant. De werkzaamheden aan de Rotterdamse Stadionboulevard zijn op het moment van het interview in volle gang. De opening is gepland eind december, het liefst voor de kerst. Want in die periode komen veel gezinnen naar de nabijgelegen bioscoop Pathé, wat belangrijk is voor de naamsbekendheid. Ron: “Als financiële man wil ik liever op 2 december open, maar dan krijg ik ruzie met mijn broer. Michel: “De aannemers en alle andere mensen moeten toch gewoon hun werk kunnen doen. Ik heb net het hele KFC-equipment besteld en dan ben ik een zeurpiet hoor, dan wil ik het net even anders. Maar het is elke keer weer een uitdaging om van niets tot een compleet concept te komen.”

Ondertussen zit het hele gezelschap, inclusief de fotograaf, te genieten van de verse kipstukken, on the bone of boneless. Want gastvriendelijk zijn de twee Rotterdamse ondernemers Ron en Michel de Kok. “We krijgen veel buitenlanders in onze restaurants”, zegt Michel. “Veel van hen zijn echte kipeters. Wij zijn heel erg multicultureel, alle bevolkingsgroepen zijn bij ons geïntegreerd, ook bij de medewerkers. Iedereen kent ons. Wij hebben ons succes te danken aan al die verschillende bevolkingsgroepen, zonder hen hadden we het nooit zover geschopt. Maar ja, ze komen natuurlijk bij ons omdat het ontzettend lekker is, we verkopen gewoon fingerlicking food.”

Lees meer over:
Pras Weijers Pras Weijers
Redacteur
Bekijk ook