Markthal Rotterdam geknipt voor franchise

Over een klein jaar is Nederland een toeristische attractie, een magneet voor consumenten en een unieke verwevenheid tussen wonen en werken rijker. De culinaire Markthal in hartje Rotterdam biedt daarnaast veel kansen voor franchise, betoogt projectontwikkelaar Hans Schröder.

Het is nog verre van af, maar nu al een imposant gebouw. Een markante verschijning tussen andere moderne architectuur op een steenworp afstand van station Blaak. Hans Schröder, partner bij projectontwikkelaar Provast, noemt het de meest spraakmakende klus die hij in al die jaren heeft gedaan. Want de overdekte Markthal Rotterdam is een voor Nederland uniek project. Zo’n culinaire markthal is er immers nog niet. Maar ook voor Europese begrippen wordt het een bijzonder bouwwerk vanwege de integratie tussen wonen en werken. En de locatie is bruisend, in het Laurenskwartier gebeurt het momenteel in Rotterdam. Trendy winkeltjes en restaurants schieten als paddenstoelen uit de grond. Daartussen overblijfselen van oud-Rotterdam, zoals de Laurenskerk. “En de Markthal wordt straks de magneet”, kondigt Schröder aan.

Rond 1100 gebeurde het ook allemaal op deze plek, aan de Binnenrotte. Hier ontstond de eerste nederzetting aan het riviertje, die later zou uitgroeien tot de grootste haven ter wereld. Niet verwonderlijk dat de uitvoerders bij de graafwerkzaamheden de afgelopen vier jaar stuitten op allerlei waardevolle archeologische vondsten. Van potten en pannen, schoenen en gereedschappen tot houten wanden van hutjes. Al die voorwerpen zullen naar verwachting permanent tentoongesteld worden in een deel van de Markthal. Schröder denkt aan een ‘tijdstrap’ rond het centrale stijgpunt van de hal, waarbij de bezoekers bij iedere verdieping wat verder in de tijd afdalen.

Grootste kunstwerk van Nederland

Geïnspireerd door markthallen in Spanje en Scandinavië bedacht ontwerper Winy Maas van architectenbureau MVRDV een typisch Hollandse tussenvorm, een mix van frivool zuidelijk en degelijk Scandinavisch. De hal in Rotterdam gaat zich van de andere Europese varianten onderscheiden vanwege de verwevenheid tussen woningen en markt. In de veertig meter hoge boog van het gebouw van zeventig bij honderdtwintig meter komen 228 appartementen. Die kijken van de geluiddichte binnenzijde uit op het marktplein. De appartementen op de bovenste etage krijgen een raam in de vloer met uitzicht op de markt. En daar moet straks, vanaf 1 oktober 2014, de kernactiviteit plaatsvinden met honderd versunits. “Die opening gaat dan ook echt gebeuren”, meldt Schröder. Hij staat geen vertraging toe. Het hoogste punt werd in september bereikt en binnenkort zullen de vierduizend stalen platen met kleurrijke afbeeldingen van voedsel op een hemelse achtergrond de binnenkant van de boog sieren. “Alsof je op je rug in het gras ligt en naar boven kijkt”, vertelde kunstenaar Arno Coenen er zelf over. Zijn kunstwerk in de Markthal wordt het grootste van Nederland.

IKEA-effect

Het meeste werk is gaan zitten in de aanleg van de vier verdiepingen onder de grond. Eén daarvan wordt gevuld door Ahold, met vestigingen van Albert Heijn (1.500 vierkante meter), Etos en Gall & Gall. Van die combinatie van supermarkt en culinaire markthal verwacht Schröder een extra aantrekkingskracht op de consumenten.
De andere drie lagen vormen samen de parkeergarage. Dat ondergrondse werk nam drie jaar in beslag. De 1.200 parkeerplaatsen dienen straks niet alleen voor de Markthal, maar moeten ook het publiek voor het dichtbijgelegen winkelhart van Rotterdam, de koopgoot, een plek bieden. Het geschatte aantal bezoekers ligt tussen de 4,5 en zeven miljoen per jaar. De te verwachten jaarlijkse omzet bedraagt 62 tot 69 miljoen euro. De kleine 50.000 mensen uit het primaire verzorgingsgebied (op maximaal tien minuten reisafstand) zorgen voor 47 procent van die omzet. Het gehele verzorgingsgebied bestaat uit 2,4 miljoen inwoners en is in drieën gesplitst waarbij de verste groep op dertig minuten reisafstand van de Markthal woont. Een potentiële markt van 1,7 miljoen mensen. Schröder rekent op het ‘IKEA-effect’ bij deze mensen. Dat zij een paar keer per jaar het uitje naar de Markthal ondernemen. Bijna negentig procent van de omzet komt naar verwachting uit de verkoop van levensmiddelen en verse voedselproducten. Naast food is er alleen plek voor food gerelateerde retailers, zoals kookwinkels, en voor bloemen- en plantenwinkels. De kleding blijft op de naastgelegen buitenmarkt aan de Binnenrotte. Hier blijven de dinsdag en de zondag marktdagen. 

Verschillende business modellen

De kooplui op de markt naast de markthal, zijn verdeeld over de komst van de megahal. Sommigen zien het als een prachtkans om zichzelf te ontwikkelen en hun zaak uit te breiden. Immers in de Markthal moet de vaste versunit zeven dagen per week geopend zijn. Anderen voelen het als een bedreiging en willen niet verhuizen naar de hal. Dit zijn vooral de reizende marktkooplui die iedere dag ergens anders staan, licht Schröder toe. Hij mikt op foodspecialisten, groothandelaren en de bestaande marktkooplieden om de marktvloer te vullen. Voor de kosten hoeven die laatsten het niet te laten om naar binnen te verkassen, rekent hij voor. Want net zoals op de buitenmarkt ligt de daghuur op iets boven de veertig euro. “Alleen voor de service en promotie moeten de mensen bij ons een paar euro extra gaan betalen.”
Hij denkt dat de twee gewoon naast elkaar blijven bestaan, buiten- en binnenmarkt. “Want het zijn twee verschillende business modellen. In de Markthal is het meer winkelbedrijf dan marktbedrijf. Wij gaan daarom uit een veel grotere vijver van ondernemers vissen.”

Heel laagdrempelig

In die vijver zwemmen ook ondernemers van franchiseformules, benadrukt hij. “Dit is heel geschikt voor franchise. Want de Markthal is een uitgelezen plek om je met eigen vlees en bloed voor je zaak in te zetten. Wij willen graag deze local heroes. Die hoeven niet uit Rotterdam te komen. Er zijn zelfs al mensen van de markthal in Kopenhagen die hier een stek willen, omdat ze daar succesvol zijn. Het gaat erom dat ondernemers zelf met enthousiasme hun product brengen. Zij stralen de passie en het leven uit die bij een markthal horen.” Hij is al in gesprek met enkele franchiseformules. Zowel voor de versunits op de begane grond als voor de winkel en horeca op de eerste verdieping. “We willen daarbij ook per branche een goede mix krijgen. Dus bij de slagershoek een worstenspecialist, een halalslager, een specialist met mooie biefstukken maar ook een voordeelslager. Het moet heel laagdrempelig zijn. Voor elke portemonnee wat wils. Daar past franchise prima in.”

Meerwaarde door franchise

De verhuur van de winkels en versunits doet Provast zelf. Iedereen is daarbij aan tafel welkom: traiteurs, broodjeszaken, visspecialisten, wijnformules, tapastenten, et cetera. Van franchise verwacht Schröder een meerwaarde. “Want dat levert een ondernemer op die met ziel en zaligheid in de versunit aanwezig is. Dat is anders dan de bedrijfsleider die om drie uur al op zijn klokje kijkt wanneer hij naar huis mag.”
Markthal Rotterdam zal geopend zijn van tien uur ’s ochtends tot acht uur ’s avonds. De openingstijd is daarmee later dan aanvankelijk gepland. “Het gedrag van mensen verandert. Ze gaan steeds later kopen. Ook daarom hebben buitenmarkten het steeds moeilijker. Ze sluiten te vroeg en hebben veel tijd nodig om op en af te bouwen.” De versunits worden opgeleverd in groepen van vier en bestaan uit een casco metalen frame dat de huurders zelf aankleden. De kramen worden per branche bij elkaar geplaatst: vis, vlees, aardappelen, groente en fruit, brood en kaas en delicatessen. Het moet een feest van geuren, kleuren en smaken worden. Daar zal ook de ‘De Wereld van Smaak’ aan bijdragen die een plek krijgt in de Markthal. Hier kan men ruiken, proeven, kijken en ontdekken op het gebied van eten en drinken. Hier worden ook workshops en educatieve activiteiten voor scholieren verzorgd. Er is nog een groep bezoekers die Schröder veel treft bij het experience center, met uitzicht op de Markthal. “Het is nu al een toeristische attractie. Vooral voor Japanners en Chinezen.”

+