Franchise+ in… Den Haag!

Negen jaar geleden schetsten we een beeld van het ondernemersklimaat in Den Haag. De geïnterviewde franchisenemers en hun medewerkers waren gematigd positief maar de plannen voor de binnenstad waren ambitieus. Hoe staat het anno 2016 met het klimaat? En wat kwam er terecht van de plannen? Eén doel is in ieder geval gehaald: het centrum van Den Haag kreeg de titel ‘Beste Binnenstad van Nederland 2013-2015’.

Opvallend: van de zes bezochte zaken in 2007 zitten er nog twee op dezelfde plek. De rest is failliet, gereloceerd of vertrokken. Er liggen dan ook een crisis en sterk veranderd consumentengedrag tussen nu en toen en ook in Den Haag zijn er ondernemers die het niet hebben gered. Meest recente verlies: V&D aan de Grote Marktstraat. Toch heerst er een sfeer van optimisme in de stad. Wie Den Haag via het Centraal Station en de Turfmarkt betreedt, komt – behalve een hoop bouwlawaai – gezellige winkels en horecazaken tegen die je in een lang lint voeren naar de binnenstad. Het bouwlawaai betreft de transformatie van de leeggekomen panden aan de Schedeldoekshaven/Turfmarkt – waar onder andere twee ministeries zaten – tot een nieuw woon- en werkcomplex en Campus Den Haag, onderdeel van de Universiteit van Leiden.

Detailhandelsomzet

Den Haag telt inmiddels ruim 32.000 meer inwoners dan negen jaar geleden: ruim een half miljoen mensen. Daarmee is Den Haag nog altijd de derde stad van Nederland, achter Amsterdam en Rotterdam. Jaarlijks trekt de stad zo’n 31,5 miljoen bezoekers. Volgens het Uitvoeringsconvenant Binnenstad – gebaseerd op publiek-private samenwerking – stond de Haagse binnenstad qua detailhandelsomzet onlangs op de tweede plek in Nederland. In 2004 was dit nog plek vier. Dat is mooi want een van de doelstellingen in 2007 was het terugdringen van de dalende omzetten. Die waren mede veroorzaakt doordat Hagenaars hun binnenstad niet meer zo aantrekkelijk vonden. De aanpak was integraal, met aandacht voor winkelen, uitgaan, cultuur en veiligheid, én succesvol: Den Haag mocht haar kern ‘Beste Binnenstad van Nederland 2013-2015’ noemen.

Leegstand

De leegstand in Den Haag is hoger dan het landelijk gemiddelde. Stond in 2005 nog 10,1 procent van het winkelareaal leeg, acht jaar later was dat al opgelopen naar 13,1 procent, zo valt te lezen in de detailhandelsmonitor. Het aantal winkels is in deze periode afgenomen van 3.500 naar 3.300. Er komen nog wel vierkante meters bij, maar dan ‘alleen op de meest kansrijke plekken in de hoofdwinkelstructuur’, aldus de monitor. Daarbuiten voert de gemeente een beperkend beleid, waardoor er weinig verspreid winkelaanbod is en een relatief lage winkeldichtheid. De gemeente concludeert dat dit heeft geleid tot minder, maar relatief gezondere winkelmeters.

Gasten

Den Haag blijft in trek bij de toeristen. Dat worden er niet alleen meer, ze blijven ook vaker slapen. Het aantal gasten steeg flink en ook het aantal overnachtingen groeide. Op dat punt liggen nog kansen: Den Haag staat op de 18e plek in de gastvrijheidsindex. Doelstelling is 33,5 miljoen bezoekers in 2018 en toetreding tot de top vijf van meest gastvrije (binnen)stad.
De stad blijft de komende jaren inzetten op het versterken van de ‘Haagse signatuur’ en het verbinden van de diverse sfeergebieden in de binnenstad zodat een duidelijke routing ontstaat. Accenten liggen op onder andere veiligheid en smart shopping – nieuwe technologieën om de Haagse winkelgebieden te versterken. Voor onze update van de reportage uit 2007 lopen we de shoppingroute ‘Biologisch & Fair Trade’, uitgezet door het citymarketingbureau. Een route die door verschillende sfeergebieden en langs diverse formules leidt.  

‘Dit wordt dé straat!’

Op de Turfmarkt, de gezellige toegangsroute vanaf Den Haag CS, bevinden zich diverse horecazaken, waaronder een aantal trendy koffiezaken. In de relatief grote lunchroom van Bakker Bart treffen we de ondernemende bedrijfsleider Natalja van den Bovenkamp. Ondervindt Bakker Bart niet veel concurrentie in de straat? Natalja: “Wij hebben de hele dag koffie voor 1 euro om mee te nemen – ook met verschillende smaakjes – en veel aanbiedingen, zoals koffie met een gebakje voor 2,95 euro. Dat is er eigenlijk niet in deze straat, daarin zijn we wel onderscheidend. En wij hebben natuurlijk ook losse gebakjes en broden te koop.” Deze vestiging van Bakker Bart krijgt veel passanten over de vloer, zoals dagjesmensen en toeristen. Maar de hoofddoelgroep vormen de mensen uit de omringende kantoren, waaronder de ministeries, vertelt Natalja. “En er komen ook veel jongeren die van de trein naar school lopen.” De Haagse klanten zijn erg verschillend, zegt ze. “Er zijn Hagenaars die lekker geld uitgeven maar er zijn ook buurten in Den Haag waar de inkomsten wat minder zijn en dat merken wij. Daarom hebben wij altijd scherpe aanbiedingen, dat past goed bij deze tijd.” 

Terwijl we praten, gaat het bouwlawaai onverminderd door, maar Natalja is er nuchter onder: “We zijn wel minder bereikbaar door de bouwwerkzaamheden, maar je moet het zó zien: je krijgt er ook veel moois voor terug. Het wordt dé straat die naar de stad leidt. Er komen meer woningen en kantoorpanden, dus komt er meer aanloop. Het is even lastig maar ik denk wel dat we er meer profijt van gaan hebben dan dat we er last van hebben gehad.”
Ook Bakker Bart-franchisenemer Jolanda van Vliet toont zich tevreden over de plek: “De locatie bevalt zeer goed. Het wordt steeds drukker en het aantal passanten neemt de komende jaren alleen maar toe.” Jolanda zegt geen last meer te hebben van de bouwwerkzaamheden maar vindt het jammer dat de gemeente daarin niets extra’s heeft gedaan om de ondernemers tegemoet te komen. “Toen bij ons bijvoorbeeld de bestrating gedaan werd, heeft ons dat 6.000 euro gekost.” Wel zegt ze dat het vergunningenbeleid een stuk versoepeld is. “We mogen nu verder uitstallen. De eenmalige aanvraag is voldoende voor de tijd dat je er onderneemt.”

‘Er is hier veel opgeknapt’

In de vestiging van Lush aan de Grote Marktstraat is het vol jongeren die zich verdringen rond de kleurrijke en heerlijk ruikende ‘verse’ cosmeticaproducten. De enthousiaste Carmen van Leth is hier al zes jaar shopmanager en vooral de laatste drie jaar heeft ze het bedrijf hard zien groeien. “Mede dankzij de toegenomen bewustwording van de consument als het gaat om eerlijke producten”, vertelt ze. “Er zijn steeds meer mensen op zoek naar eerlijke cosmetica. Ons product is handgemaakt, dierproefvrij en fairtrade.” Schuin aan de overkant zit sinds enige tijd de Primark, heeft die gezorgd voor meer aanloop? Carmen: “Ja, wel voor enige aanloop maar Lush is ook gewoon een sterk concept. Het bestaat al twintig jaar. En dit is een goede locatie, er is hier ook veel opgeknapt in de straat.”

Lush kent trouwe vaste klanten, waaronder expats. “Vooral Britten – die het herkennen want het is een Engels bedrijf – en Aziaten”, zegt Carmen. Ook ‘gewone’ Hagenaars weten de zaak te vinden. “Hagenaars zijn makkelijke kopers. Maar ons personeel is ook goed getraind. We hebben producten met verhalen en we weten de mensen te enthousiasmeren.”

‘Het is hier echt een toplocatie’ 

Een stukje verderop in de Grote Marktstraat lopen we tegen het transparante hoekpand aan van modewinkel River Island. Hier ontmoeten we de vrolijke Jenny Lee, verkoopmedewerker en assistent-manager, verantwoordelijk voor de producten. “Het is hier echt een toplocatie”, vindt ze. “Of je nu vanaf de Wagenstraat komt of vanaf het Spui, je ziet ons gelijk!” Het publiek voor River Island is divers: “We zien hier zowel jong als oud maar wel mensen die op zoek zijn naar trendy producten, producten met een beetje pit erin.” Minpuntje vindt ze de geparkeerde fietsen naast de winkel, vaak tegen de etalage. “Maar de gemeente is daar wel mee bezig, we hebben hier een fietscoach die de mensen aanspreekt”, aldus Jenny.

‘What you see is what you get’

Vanaf de Grote Markt lopen we de smalle Schoolstraat in, waar je een eigen vestiging van de formule WAAR vindt. Verkoopmedewerker Sebastiaan staat deze dinsdagmiddag alleen in de winkel annex koffiezaak. Af en toe komt er een klant afrekenen, waarna hij een fraai cadeau maakt van het aangekochte product. Hij vindt het leuk om hier te werken. “Voor een betere wereld, dat maakt het extra leuk. Fairtrade en duurzaamheid zijn hartstikke upcoming”, zegt hij. Over de locatie heeft hij gemengde gevoelens. “De Schoolstraat heeft wel bijzondere winkeltjes, zoals een reisboekenwinkel en een hardloopwinkel. Schuin aan de overkant zit modezaak Funkie House, the home of the hip, een leuk concept. Maar de nostalgische speelgoedwinkel Roodkapje heeft het niet gered, dat is wel jammer. En de Wibra op de hoek trekt wel veel publiek maar niet helemaal ons publiek.”

Er komen veel vaste klanten, vooral voor de pakken eerlijke koffie en thee, en medewerkers van de omliggende bedrijven en ministeries, die bij WAAR hun kerstpakketten of relatiegeschenken halen. Prima klanten, vindt hij de Hagenaars: “What you see is what you get!” Er komen aardig wat toeristen. Sebastiaan: “Het is hier sowieso een doorloopstraat, van de Grote Kerk naar de Grote Markt. Dat is ook een nadeel, mensen lopen soms echt alleen maar door, zonder links of rechts te kijken.” Maar aanloop is er genoeg, zeker met de feestdagen. “Wij zijn de perfecte cadeauwinkel, je koopt een product plus een goed gevoel.” De medewerkers zijn getraind in het vertellen van de verhalen achter de producten. “Er komen hier ook echte idealisten, mensen die al heel veel weten van fairtrade. Dan moet je als verkoper ook veel weten”, zegt hij. Hij is goed te spreken over de activiteiten die in de binnenstad worden georganiseerd, vooral rond de Grote Markt. “Dan hebben wij ook altijd wat te doen buiten. Zo hadden we hier van de zomer de breiende oma’s van Granny’s finest voor de deur.”

‘We krijgen hier veel toeristen die hun merk herkennen’

Op de hoek van de Dagelijkse Groenmarkt en de toegang tot de Haagsche Bluf – in 2007 nog een veelbelovend winkelgebied – is Cosmania gevestigd. Voor de deur staat een bord dat fietsers verwijst naar de nabijgelegen gratis stalling. Even verderop staan desondanks enkele tientallen fietsen geparkeerd, maar daar heeft Cosmania niet zo’n last van, zegt filiaalmanager Maud Wedman. Het beautyconcept, bijna vijf jaar geleden gestart als webshop, heeft nu twee fysieke winkels, in Amsterdam en sinds oktober 2015 ook in Den Haag. Het assortiment bestaat uit internationale cosmeticamerken die in Nederland niet of nauwelijks verkrijgbaar zijn maar in hun herkomstland bekend en populair zijn, vertelt Maud. De Haagse locatie is op zich goed, vindt ze. “Maar ik heb wel gehoord van echte Hagenezen dat het niet meer is wat het was. We zitten hier echter aan de buitenkant en ‘t Goude Hooft (restaurant, red.) hiertegenover is natuurlijk een enorme trekker.” De doelgroep bestaat uit bewuste consumenten, aldus Maud. “Onze merken zijn niet getest op dieren en veelal op natuurlijke basis, daar houdt de consument zich steeds vaker mee bezig. We krijgen hier veel toeristen die hun merk herkennen maar ook vaste klanten waaronder expats. En we zien veel jongere consumenten die op internet met de merken kennismaken, via Amerikaanse bloggers bijvoorbeeld. Dat is een heel beïnvloedbare groep. We werken zelf ook met beautybloggers en als er iets wordt beschreven, zie je dat gelijk terug in de bestellingen online.”

‘In de zomer is het wel heel erg druk’

Midden in de Haagsche Bluf ligt Kaldi, naast het gesloten pand van Aveda – dat vorig jaar naar de Dennenweg verhuisde. De hartelijke Boris, barrista en allround medewerker, ontvangt zijn gasten alsof hij in zijn eigen huiskamer staat. Hij vindt het ‘heel leuk werk’, mede omdat hij het goed kan vinden met de eigenaren, vertelt hij. Gabor en Wendy Ligtlee behaalden dan ook de Kaldi-titel ‘Franchisenemer van het Jaar 2015/2016’ in de categorie winkels. “Ze hebben veel gevoel voor humor”, zegt Boris. “Het is belangrijk als je met elkaar kunt lachen, dat straalt ook af op de klanten.” De mensen die Kaldi trekt, zijn heel verschillend. “Er komen mensen die een mooie koffiemachine zoeken maar ook mensen die gewoon een kopje koffie komen drinken. Wat expats en veel toeristen ook. Die krijgen vaak een aanbeveling vanuit het hotel dat het hier zo goed is. Er zijn wel veel koffiezaken, je moet maar net goed bekend staan. Wij zijn toegankelijk, we maken gewoon een goede koffie en vragen goede prijzen.”
Er is wel wat weinig doorloop in de Haagsche Bluf, merkt ook Boris. “We zitten net buiten de winkelstraat, dat is wel jammer. Maar in de zomer is het wel heel erg druk.”

Gabor Ligtlee is samen met Wendy Ligtlee franchisenemer van Kaldi Den Haag. Over de relatieve rust in het gebied zegt hij : “De Haagsche Bluf blijft een van de mooiste plekken in de Haagse binnenstad, helaas door velen nog niet ontdekt. Is dit een kans of een bedreiging? Het blijft voor ons een punt van aandacht.” Het geheim achter hun succes, ook die van de ondernemersprijs, ligt volgens hem in de persoonlijke benadering: “Wij weten al meer dan tien jaar onze kwaliteits-Kaldi-koffies en -theeën te combineren met een persoonlijke touch en service, daar komen veel vaste klanten meerdere malen per week voor terug.” Op de vraag of er initiatieven zijn om het winkelgebied wat levendiger te maken, antwoordt hij: “De eigenaar van het winkelgebied (Geste Groep, red.) is op dit moment met een re-locatieplan bezig om een vernieuwde invulling aan het winkelgebied te geven.”

‘We weten onze identiteit te behouden’

Voor wat betreft Dille & Kamille aan de Plaats lijkt er in negen jaar niet veel veranderd. Er staan nog steeds planten bij de ingang, er hangt een heerlijke geur en er klinkt zachte muziek. O ja, de luifel is nieuw. En het gezicht is nieuw. Nu ja, nieuw: plaatsvervangend vestigingsmanager Suzanne Velders werkt hier alweer zeven jaar. Volgens haar is het de kracht van de formule: “Van de crisis hebben we niet zoveel gemerkt, ik denk doordat we een tijdloos en betaalbaar assortiment hebben. We hebben altijd wel iets wat het spannend houdt. Kwestie van goed inkopen en jezelf blijven. Dille & Kamille bestaat al 37 jaar en we weten onze identiteit te behouden. Het gaat hartstikke goed, we maken een heel geleidelijke groei door met niet teveel winkels per jaar.” Om de winkel heen zijn wel veel veranderingen; zo is er een aantal nieuwe winkels zoals Suit Supply en een luxe sieradenwinkel. Suzanne: “We lijken er wel goed tussen te passen. En we worden nog steeds ontdekt, door mensen die niet wisten dat we hier zaten.” Het publiek is gevarieerd: “Van dames op leeftijd tot – zeker sinds de koopzondag – jonge stellen. Het is ontzettend druk op zondag.” 

Er zijn rond de Plaats weinig evenementen die extra omzet opleveren, vindt ze. “Er is een kerstmarkt langs de Hofvijver, die is heel populair. Maar december is al een drukke maand, dus daar schieten we niet zoveel mee op.” Sinds de bouwwerkzaamheden voor de parkeergarage aan het Korte Voorhout is de toegankelijkheid minder, vertelt ze. “Dat is best lastig als je een compleet servies wilt aanschaffen. Maar je kunt bij ons nu ook in de webshop bestellen. En over een tijdje is de parkeergarage klaar. Dat zal zeker effect hebben”, aldus Suzanne.

Lees meer over:
Pras Weijers Pras Weijers
Redacteur