Bakker Bart: Ondersteuning en in overleg blijven is cruciaal
De horecabranche is zwaar getroffen door de coronacrisis, maar gelukkig hebben de meeste franchisenemers van Bakker Bart nog een stevige poot naast de eetgelegenheid: de bakkerij. Formulemanager Joris Malipaard vertelt hoe de ondernemers met ondersteuning de crisis doorkomen en denkt in december trots terug te kunnen kijken op hoe ze het met elkaar gerooid hebben.
Bakker Bart heeft een hybride functie, zegt Joris: “Aan de ene kant is het een bakkerij en aan de andere kant hebben we een horecafunctie. Die laatste is groter dan de bakkerijfunctie, maar dat verschilt wel enorm per winkel. Bij sommige winkels is de bakkerijfunctie groot en bij andere is die praktisch nihil.”
De coronacrisis heeft van begin af aan haar sporen nagelaten op de formule. “Klanten zijn voorzichtig, ze gaan niet naar een winkel als het niet noodzakelijk is. Brood is echter wel een dagelijkse behoefte”, zegt Joris. “De bakkerij deed het dan ook beter dan het horecagedeelte.” Toch wist Bakker Bart ook daar een positieve draai aan te geven: behalve tafeltjes en stoeltjes – die niet meer mochten – heeft de formule ook een afhaal- en bezorgfunctie. Bestellingen worden geleverd via het eigen kanaal en via platformen als Thuisbezorgd. En juist dát nam een enorme vlucht sinds maart. Joris: “Daar zagen we echt enorme groeicijfers. We hebben het wel een beetje gepusht, sommige ondernemers waren sceptisch in het begin. Maar gelukkig zijn alle ondernemers er uiteindelijk vol achter gaan staan en hebben ze een groot stuk omzetverlies kunnen opvangen.”
‘Moederdag-ontbijtje’ door Bakker Bart
In de loop van de tijd zag je dan ook dat de omzet zich weer beetje ging herstellen, aldus Joris. “Natuurlijk omdat de klant zich weer wat vrijer voelde om naar buiten te gaan, maar vooral ook omdat we een aantal goede stappen hebben gezet met elkaar. Zo voerden we een aantal succesvolle commerciële acties, zoals een Moederdag-ontbijtje.”
Praktisch gezien hoefden de ondernemers niet veel aanpassingen te doen in de winkels. Het was al meteen duidelijk dat de eetgelegenheid niet gebruikt mocht worden en de formule ging al snel op zoek naar manieren om scheidingen te maken tussen klant en medewerker. “De winkels konden daarvoor intekenen op plexiglas schotten”, vertelt Joris. “Waar we wel tegenaan liepen – en lopen – is de beschikbaarheid van materialen.”
Verder moesten de ondernemers er natuurlijk voor zorgen dat de klanten anderhalve meter afstand kunnen houden. “Daarvoor maakten we een rekenmodel waarmee de ondernemer kan bepalen hoeveel klanten er in de winkel kunnen komen. Op basis daarvan faciliteerden we communicatiematerialen die aangeven hoeveel mensen er naar binnen mogen”, zegt hij. Binnen zorgen strepen op de vloer voor de juiste afstand. “Gelukkig hebben wij geen mandjes of wagentjes, dus die hoefden we ook niet te reinigen.”
Huur
Een groot deel van de ondersteuning die de formule biedt aan de franchisenemers bestaat uit hulp bij de onderhandelingen met de vastgoedondernemers over de huur. Joris: “We hebben mensen die daar bijna dag en nacht mee bezig zijn. Belangrijk, want elke euro die je niet hoeft uit te geven scheelt.”
Overigens konden vrijwel alle ondernemers gebruik maken van de NOW-regeling van de overheid (Tijdelijke Noodmaatregel voor Overbrugging Werkgelegenheid) om de loonkosten te kunnen blijven betalen.
De franchisenemers kwamen zelf ook met creatieve oplossingen, vertelt Joris. “Ik ben een groot aantal winkels langsgegaan om te kijken of ze goede ideeën hadden die we formulebreed konden gebruiken. Dat ging dan bijvoorbeeld om het type of de dikte van de materialen voor de schermen bijvoorbeeld, bij ondernemers die zelf al iets hadden bedacht. Door verschillende opties te bekijken, kwamen we uiteindelijk tot de beste oplossing.”
Calls
Nadat alle directe maatregelen waren genomen, richtte Bakker Bart zich op de toekomst. Joris: “We kwamen met een speciale coronawerkgroep met ondernemers bij elkaar – via calls natuurlijk – en zo zijn we stap voor stap op ideeën uitgekomen. We bespraken thema’s als hygiëne in de winkel, maar ook hoe we straks onze tafels en stoeltjes weer kunnen gebruiken. Die ideeën delen we dan weer met een brede groep zodat iedereen daar de vruchten van kan plukken.”
Voor wat betreft de hygiëne besloot de formule tot het plaatsen van zuilen met een desinfecterende handgel in de winkels. De medewerkers kunnen een cap gaan dragen, “niet zozeer vanwege het coronavirus maar vanwege de hygiëneperceptie”, aldus Joris. De tafeltjes en stoeltjes worden afgescheiden met zeilen – wat op het moment van druk nog niet was goedgekeurd door de overheid, maar dat is een kwestie van tijd, denkt hij. De zeilen zijn in twee winkels getest, waarbij is gekeken naar hoe je zoveel mogelijk tafeltjes en stoeltjes kwijt kunt en toch een goed winkelbeeld behoudt.
Omdat klanten straks moeten reserveren – wat nieuw is voor Bakker Bart – bedacht de formule daarvoor een proces met een tafelnummering, waarvoor de winkels de juiste materialen ontvingen.
Bakker Bart is een ‘Professionele club’
Het grote voordeel van franchise in deze crisis? Daar hoeft Joris niet lang over na te denken. “Het grote voordeel is dat je niet alles zelf hoeft te bedenken, maar wordt geholpen met oplossingen”, zegt hij. “Mijn dochter werkt bij een losstaand horecabedrijfje en dan zie je dat zo’n ondernemer zelf het wiel moet uitvinden. Wij hebben een professionele club mensen achter ons, zoals een jurist die spart met de overheid, een inkoper die zorgt voor goede prijzen en een hygiëne-expert.”
Het mooie aan Bakker Bart vindt hij dat er écht sprake is van een dialoog tussen franchisegever en franchisenemers. “Er wordt geluisterd naar ondernemers met ideeën, om het totaalplaatje zo sterk mogelijk te maken. Het instellen van zo’n werkgroep bijvoorbeeld, is niet specifiek voor corona. We hebben altijd werkgroepen, zoals de Werkgroep Commercie of Kwaliteit.”
‘Positieve blik’
Hoe ziet hij de toekomst voor ‘zijn’ formule? Joris: “Ik heb natuurlijk geen glazen bol, maar ik denk dat Bakker Bart trots mag zijn op hoe we hier tot nu toe doorheen zijn gekomen. In december is nog niet alles voorbij. Maar wij kunnen denk ik terugkijken op een bijzonder jaar, met trots op wat we met elkaar hebben bereikt. Ondersteuning en in overleg blijven met elkaar is cruciaal. Ik denk dat we aan het eind van het jaar weer met een positieve blik vooruit kunnen kijken.”