Zeven tips voor het aangaan van franchiseovereenkomsten

Iedere onderneming - franchisegevers en franchisenemers - heeft veel te winnen bij goede overeenkomsten. Dit is niet per definitie een volledig dichtgetimmerde overeenkomst. Een goede overeenkomst maakt dat werkelijke bedoelingen en afspraken zwart op wit vastliggen op een voor alle partijen begrijpelijk manier. Hiermee neemt de kans op geschillen - met daarbij komende kopzorgen en kosten -  aanzienlijk af. Een zevental tips voor een duidelijke franchiseovereenkomst.

1.    Klopt de tekst van de overeenkomst met de verwachtingen en de werkelijkheid?

Het komt nogal eens voor dat tussen partijen afspraken worden gemaakt, maar dat de overeenkomst – bijvoorbeeld de standaardovereenkomst van franchisegever – deze afspraken in het geheel niet of onjuist weergeeft. Zo dacht een franchisenemer van een buitenlandse formule, toen afgesproken was dat zij de formule in Nederland op de kaart zou zetten, met alle marketinginspanningen en -investeringen vandien, dat zij exclusiviteit had verkregen binnen heel Nederland. In de franchiseovereenkomst stond echter enkel exclusiviteit voor het winkelcentrum waarin zij de eerste winkel reeds geopend had.

2.    Controleer op bepalingen die in strijd zijn met het mededingingsrecht.

Bepaalde mededingingbeperkende afspraken zijn in het geheel niet toegestaan, zoals het opleggen van vaste verkoopprijzen en het verbieden van “passieve” verkoop. Verkopen via internet wordt in beginsel als “passieve” verkoop aangemerkt. Bij franchise zijn andere mededingingbeperkende afspraken juist weer wel toegestaan, mits noodzakelijk voor de bescherming van de knowhow van de franchisegever en – kort gezegd – het behoud van de identiteit en de reputatie van de organisatie. Het is raadzaam het exacte doel van de beperkende afspraken te vermelden. Dit is van groot belang, omdat strijd met het mededingingsrecht kan leiden tot nietigheid van de afspraak of zelfs van de gehele franchiseovereenkomst.

3.    Omschrijf overeenkomstbegrippen, termen als “gebied” en “exclusiviteit”.

De term “exclusiviteit” heeft op zichzelf juridisch weinig betekenis. Wat daaronder verstaan wordt, hangt af van de betekenis die partijen daaraan geven of hebben bedoeld te geven. Zo kan de term “exclusief” inhouden dat de franchisenemer in een bepaald rayon met uitsluiting van zowel andere franchisenemers als de franchisegever zelf (zowel via fysieke winkels als via internet) het recht heeft om door middel van de formule te verkopen. Maar “exclusief” kan ook betekenen dat alleen de verkoop door andere franchisenemers in dat rayon is uitgesloten, maar niet verkoop door franchisegever zelf.

4.    Neem uitdrukkelijk de gevolgen van beëindiging op.

Beëindiging van een franchiseovereenkomst heeft vaak een reden, die tot gevolg heeft dat franchisegever en franchisenemer qua belangen recht tegenover elkaar komen te staan. Op dat moment zal het lastiger zijn om tot overeenstemming te komen over de gevolgen van beëindiging. Het is daarom raadzaam om daarover vooraf afspraken te maken. Denk aan: staken van het merkgebruik, wie het recht heeft op de locatie en goodwillvergoeding.

5.    Social Media

Het gebruik van social media biedt veel kansen, maar er schuilen ook gevaren in. Een franchisegever wil grip hebben op het marketingbeleid en op de externe communicatie. Het is daarom van belang om hier goede afspraken over te maken met de franchisenemers. Dit geldt overigens niet alleen voor het gebruik van social media, maar ook voor het gebruik van klantgegevens die verzameld worden ten behoeve van bijvoorbeeld een loyaliteitsprogramma. Wie bepaalt bijvoorbeeld voor welke doeleinden deze gegevens verzameld worden en wordt hierbij voldaan aan de privacywetgeving?

6.    Locatie

Met de exploitatie van een franchiseonderneming op een bepaalde locatie kan goodwill opgebouwd worden. De locatie op zichzelf vertegenwoordigt om die reden vaak een bepaalde waarde. Het is van belang om een weloverwogen keuze te maken of u als franchisegever de locatie in eigendom heeft en verhuurt – of huurt en onderverhuurt – aan de franchisenemer of de franchisenemer de locatie zelf laat aankopen of huren. Indien de franchisegever de locatie verhuurt aan de franchisenemer is het van belang dat de franchiseovereenkomst en de huurovereenkomst voor wat betreft de duur gekoppeld worden. 

7.    Laat de overeenkomst beoordelen door een advocaat.

Köster Advocaten verricht quick scans van (standaard)overeenkomsten. Hiermee kunnen eventuele risico’s snel in kaart gebracht worden. Aan de hand daarvan kan bekeken worden of aanpassing noodzakelijk is.

Köster Advocaten
Myrthe S.J. Steenhuis

Myrthe Steenhuis