Inhaakkansen in warrige tijden

Om horendol van te worden. Het CBS voorspelt een economische groei van 2,5% in 2006 terwijl de regering nog maar eens de hand op de knip houdt. Diezelfde regering smeekt ons alle wel om subiet het vrijgekomen spaarloongeld te verzilveren. Tegelijkertijd schiet de olieprijs (in euro’s) door ooit onneembaar geachte guldenbarrières en worden beloofde lastenverlichtingen opgesoupeerd door de digestie van olieprijzen in - zo blijkt - ieder product dat niet op de koude grond wordt verbouwd. Hoewel? Landbouwmachines drinken ook benzine of diesel, toch? Gelukkig bezweert het CBS dat de prijs van kleding sinds 2000 met  tien tot dertig procent is gedaald. Die van telefoons, tv’s en computers zelfs met twintig tot zeventig procent. Met dank aan, juist ja: de lagelonenlanden! Hoe dan ook, de berichten zijn hopeloos tegenstrijdig.

Nu ja, in een poging om temidden van al dit verwarrende nieuws het vizier op positieve wijze op de toekomst te houden, werd ik geprikkeld door een aantal interessante internationale retailtrends. Allereerst een mooie variant op de nieuwe kleren van de keizer: de zogenoemde ‘snobmoddities’. Doodgewone producten (in het Engels ‘commodities’), bijvoorbeeld zout, krijgen een soort van cultstatus in talloze varianten met dito beprijzing. Dit is geen grap en zelfs met succes gelanceerd in een Californisch restaurant dat zijn gasten twintig soorten zout voorzet. En er wordt grif voor betaald! Koffiebonen en brood gingen het zout voor, dus: suiker en peper komen eraan! Denkt u: dat is Amerikaanse apenkool en dus ver van ons bed? Dat valt te bezien. We drinken nu toch al een decennia of drie bronwater dat, zo toonde de Keuringsdienst van Waarde (wat een voortreffelijk programma is dat trouwens, ook NPS) recent nog aan, uit dezelfde bron is opgepompt als waar het Waterleidingbedrijf Midden-Nederland zijn leidingwater van betrekt. De snob schuilt in ons allemaal, nietwaar? Laten we wel wezen: voor verschillende typen koffie betalen we de meest uiteenlopende prijzen en dat vinden we heel gewoon. Consumenten laten zich nu eenmaal graag verleiden door variaties, keuze of een andere merkbelofte. Met andere worden: wacht op de dag dat je teerbeminde kotertje alleen nog maar Saharazand in de zandbak eist!

Ook een mooie ontwikkeling is ‘tryvertising’. Een mooie verbastering van ‘to try’ (proberen) en ‘advertising’ (reclame maken). Natuurlijk al zo oud als de weg naar Rome en letterlijk veelbeproefd op zoiets gewoons als de markt. Maar door bijvoorbeeld Senseo recent slim ingezet bij tramhaltes in Amsterdam. Wachtende reizigers konden in hun tramhalte even een vers Senseo-bakkie doen. Want wie houdt er nou van wachten? En een stuk effectiever dan aroma op papier. Denk ook aan autofabrikanten die hun auto’s in het wat duurdere segment laten rijden door gasten van hotels. In tegenstelling tot het aloude ‘sampling’ wat - zeker op zaterdag in het centrum - tot een ware survivaltocht leidt om ze te kunnen ontlopen. Bij ‘tryvertising’ gaat het om aanwezigheid met je product op het juiste moment, op de juiste plek en bij het juiste publiek. Toch altijd nog de kern van het retailvak. Als u nou wilt weten wat over vijf jaar in Nederland gemeengoed is in consumentenland: kijk dan eens op www.trendwatching.com. Maar dat deed u natuurlijk al.