Franchise in... Hardewijk
Franchise+ gaat op pad in een stad en laat franchisenemers aan het woord. Over hun winkel, hun formule en over hun stad. Door verschillende ondernemers uit verschillende branches naar hun visie te vragen, ontstaat een momentopname van zaken doen in een specifieke stad. Deze keer waren we in Harderwijk, historisch stadje aan de rand van de Veluwe.
‘Linnaeus was here’, meldt een spandoek trots als je de gemeente Harderwijk binnenrijdt. En ook in de rest van het stadje maken spandoeken duidelijk dat Harderwijk van harte meedoet aan de viering van het Linnaeus-jaar. De beroemde Zweedse botanicus (1707-1778) was er namelijk in 1735 enkele dagen om aan de Universiteit van Harderwijk zijn examen af te leggen. Overigens heeft de stad binding met meer beroemdheden: zo zijn tattoo-artist en schilder Henk Schiffmacher, radio- en tv-presentator Jan Douwe Kroeske en visagist Leco van Zadelhoff er geboren.
Na de spandoeken is de parkeergelegenheid het volgende dat opvalt: het is in de binnenstad heel lastig om parkeerruimte te vinden waar je langer dan drie uur achtereen je auto kwijt kunt. Na een half uurtje cirkelen, vinden we een plek op tien minuten lopen van het winkelgebied in de binnenstad - voor bijna Randstedelijke tarieven.
Harderwijk is een stadje - een Hanzestad - met circa 42.000 inwoners maar in de zomer wordt dit aantal overtroffen doordat honderdduizenden toeristen er een bezoek brengen. Het Dolfinarium is een grote trekpleister en ook de ligging aan de rand van de Veluwe en het Wolderwijd trekt vele camping- en hotelgasten uit binnen- en buitenland. Wie door de gezellige, historische binnenstad loopt, hoort vele talen om zich heen. Harderwijk leeft van de toeristen, de industrie en de dienstverlening.
Door de afsluiting van de Zuiderzee speelt de visserij - van oorsprong een belangrijk bestaansmiddel - geen rol meer.
Waterfront
Harderwijk kent een aantal winkelgebieden waarvan de binnenstad het belangrijkste is. Ook in de ogen van de gemeente heeft dit gebied prioriteit. In 2004 is de gemeente gestart met het actieprogramma ‘kwaliteitsslag binnenstad’ dat er op gericht is om de kwaliteit van de Harderwijkse binnenstad te verbeteren. Harderwijk focust daarbij op de ruimtelijke kwaliteit maar ook op verblijfskwaliteit, winkelaanbod en sociale veiligheid. De ‘kwaliteitsslag binnenstad’ wordt financieel ondersteund door de Provincie Gelderland in het kader van het GSO-beleid (Gelderse Stedelijke Ontwikkeling). Belangrijke onderdelen van het plan: verbetering van de bereikbaarheid- en parkeersituatie, herinrichting van de openbare ruimte, een uitbreiding van het winkelbestand en de diversiteit daarbinnen en een betere verbinding met het waterfront. Dit laatste is een project op zichzelf. De aanleg van een nieuw waterfront is een ambitieus plan waarmee Harderwijk weer echt een stad aan het water wil worden met alle voorzieningen die daarbij horen. De historische binnenstad en het Dolfinarium moeten daardoor beter bereikbaar worden en parkeergelegenheden zijn gepland op strategische plekken. De bedoeling is dat er watersportgebonden detailhandel wordt gevestigd.
Vierkante meters
Behalve bereikbaarheids- en parkeerproblemen kent de gemeente Harderwijk nog een ander probleem: de winkels in de binnenstad hebben maar weinig vierkante meters tot hun beschikking. Hierdoor blijft de omvang van het winkelaanbod achter. Veel ondernemers zitten vast en kunnen uitbreidingsplannen wel op hun buik schrijven. Het project De Harder zou een oplossing kunnen betekenen voor een aantal ondernemers. Het terrein De Harder, gelegen aan de provinciale weg N302, moet een zelfstandige detailhandelscluster worden met als thema ‘vrije tijd en wonen’. De gemeente hanteert strenge selectiecriteria waar je als ondernemer aan moet voldoen om je er te mogen vestigen.
Verder ontbeert het winkelgebied in de binnenstad een goede routing. Je kunt er geen rondje lopen. Wij liepen voor deze aflevering van Franchise and the City van de Smeepoortstraat de Donkerstraat in, via de Markt naar de Wolleweverstraat en vandaar naar de Luttekepoortstraat. En toen dezelfde, bijna geheel autovrije, weg weer terug. Geen straf want de centraal gelegen, lommerrijke Markt biedt een scala aan terrassen. Niettemin erkent de gemeente de routing als een probleem. De oplossing wordt gezocht in twee richtingen: het creëren van een driehoek danwel een ‘halter’. In het laatste geval wordt voortgeborduurd op de huidige structuur waarbij een betere balans wordt nagestreefd.
Met het plan ‘kwaliteitsslag binnenstad’ en de projecten Waterfront en De Harder wil de gemeente Harderwijk al deze problemen gaan aanpakken.
Blokker
‘De Harderwijker is toch wat stugger’
Henk ten Hove is al twintig jaar in dienst bij Blokker, waarvan de laatste vijf jaar in het filiaal aan de Donkerstraat in Harderwijk. Hij vindt het gezellig werken in de stad. Vooral de toestroom van toeristen in de zomer vindt hij leuk. “Die zijn wat vrijer, kopen gemakkelijker. De Harderwijker is toch wat stugger”, zegt de bedrijfsleider, zelf ook Harderwijker. “Als die eenmaal iets in zijn hoofd heeft, krijg je hem er moeilijk weer vanaf.” Hij voelt zich heel erg betrokken bij de ontwikkeling van de binnenstad, al is hij volgens de policy van Blokker geen lid van de winkeliersvereniging. Hij vindt dat de ondernemers onderling wel iets beter zouden mogen communiceren. “Op de extra koopavonden doe ik altijd mee, terwijl de helft dicht is. Jammer hoor, ook voor de klanten. Die rekenen er toch op. Alleen voor de kerst is iedereen altijd open. Dan is het hartstikke gezellig.” Van de gemeente verwacht hij niet veel. “Er zijn wel weer nieuwe reclameregels. Zo willen ze alle vlaggen eruit hebben en mag je nog maar 25 procent van je raam beplakken. Maar ze hebben hier in het kader van het Linnaeus-jaar wel overal bloembakken opgehangen, dat is dan wel weer leuk.” Het parkeerbeleid vindt hij een regelrechte ramp. “Het hoeft niet eens goedkoper maar er moet gewoon meer ruimte komen. Op zaterdag is het markt, dat is heel leuk maar parkeren kun je niet meer”, aldus Henk ten Hove. Blokker is met zijn ruim achthonderd vierkante meter, verdeeld over twee verdiepingen, ruim bemeten volgens Harderwijkse begrippen. Volgens de bedrijfsleider is krapte dan ook geen probleem voor Blokker.
Expert
‘De gemeente denkt niet commercieel’
Geert Hein Postma drijft al sinds 1999 een Expert-vestiging in de gezellige Donkerstraat, ingeklemd tussen andere winkels als kledingzaak Didi. “Het is een A1-locatie”, zegt hij, “maar de uitbreidingsmogelijkheden zijn nihil. En dat terwijl de marges onder druk staan en het steeds moeilijker wordt om de huur op te brengen.” Hij heeft zich gespecialiseerd in het hogere segment. Postma: “Het is hier anders dan bij een gemiddelde Expert. Vanwege de concurrentie hier, die vooral aan de onderkant van de markt zat, moesten we ons wel onderscheiden. En ik verkoop liever één dure wasautomaat dan twee goedkope, denk alleen al eens aan de servicekosten achteraf. Inmiddels is de concurrentie wel verdwenen, er is er nog een over. Maar gek genoeg heeft dat niet meer omzet in het laatje gebracht.” Zijn markt ligt vooral in Harderwijk zelf. Van de toeristen moet Expert het niet hebben. “Ze komen wel in de winkel, vooral als het slecht weer is, dan lopen ze zich te vervelen. Maar ze kopen geen televisie op vakantie. Zou ik ook niet doen.” Een groot probleem vormt het parkeren, zegt Postma. “Parkeren wordt steeds duurder. Het is toch bewezen dat als het duurder wordt, mensen gewoon wegblijven. Die gaan wel winkelen waar het parkeren gratis is. Je hebt ook een Expert in Ermelo, Nunspeet en Zeewolde. Maar er is hier sowieso niet genoeg parkeerruimte. De gemeente is al jaren bezig met de ontwikkeling van parkeergarages maar het duurt hier allemaal zo lang. De gemeente denkt niet commercieel, denkt niet met de ondernemers mee.” Voor Expert zou een optie kunnen zijn om naar De Harder te verhuizen, langs de provinciale weg N302. Hier moet een ‘hoofdcluster voor thematische detailhandel op basis van het thema voor vrije tijd en wonen’ komen, maar ook dit project schiet niet erg op, vindt Geert Hein Postma. “Ik heb al heel lang geleden aangegeven er graag voor in aanmerking te komen. Nooit meer wat van gehoord. Er mag geen grootschalige detailhandel komen maar voor winkeliers die uit de Binnenstad weg willen zou een uitzondering worden gemaakt. Ik zou er graag willen zitten, er ligt een mooie kans. Maar waarschijnlijk ga ik het niet meer meemaken. Bij een nieuwe investering moet het wel terug te verdienen zijn”, aldus de ondernemer.
Bruna
‘Er zijn hier veel activiteiten’
Verderop in de Donkerstraat - vlakbij de Markt - zit Bruna, met zijn 240 vierkante meter vvo geen kleine winkel. Ondernemer Wietse Olijve opende begin april zijn deuren. Hij heeft ook een vestiging in Zeist waar hij al vier jaar enthousiast Bruna-ondernemer is. Hij vindt het een “prachtplek”, vooral dankzij de toeristen die er ’s zomers komen maar ook dankzij zijn vaste klanten die deels wonen in de straten om het winkelgebied heen. “Er zat hier al een goede boekhandel, Repro. Wellicht dat we daar de vaste klanten aan te danken hebben. De mensen die er werkten zijn allemaal meegekomen. En verderop zat ook al een Bruna maar die ruimte was te klein, de ondernemer daar kon niet expanderen. Toen dit vrijkwam was dat een mooie kans want er is hier heel weinig verloop.” De Harderwijkers zijn goede klanten, vindt hij. “Ze zijn vrij direct. Ik ben wel wat gewend want ik kom uit Twente. Ze draaien er niet omheen. Dat is op zich wel makkelijk verkopen. Als je duidelijk aangeeft wat wel en niet kan, kun je goed vaste klanten maken. Ik heb het idee dat de mensen hier iets trouwer zijn dan gemiddeld.” Olijve is enthousiast over Harderwijk als ondernemersstad. “Er heerst een vriendelijke, leuke atmosfeer. De gemeente probeert het straatbeeld in dezelfde stijl te houden, er is geen nieuwbouw die het winkelbeeld verstoort. Er zijn hier ook veel activiteiten in vergelijking met Zeist. Er zijn muziek- en kunstweekenden. Alleen zijn er geen koopzondagen. Ik heb wel een keer een koopzaterdagavond meegemaakt, maar dan is er bijna niemand open. Het valt me op dat er weinig eenheid is onder de winkeliers”, zegt de ondernemer, die zeker lid wil worden van de winkeliersvereniging. Wat hij een pluspunt vindt zijn de afspraken over de bevoorrading. “Voor 11.00 uur mogen de vrachtwagens hier hun spullen komen brengen, om 11.00 uur gaan de poorten op slot. Mijn leveranciers weten dat, dus ik heb altijd ’s morgens mijn spullen al in huis.” De contacten met de gemeente vindt hij tot nu toe prettig. “Mijn parkeervergunning bijvoorbeeld was snel geregeld.” Van de precarioregels is hij nog niet op de hoogte “maar als ik zo de straat inkijk, denk ik dat ze behoorlijk vrij zijn.” Wel vindt hij het jammer dat hij hier geen toestemming krijgt voor een promotienacht voor de nieuwe Harry Potter aan het eind van het jaar. “In Zeist ga ik dan een hele nacht open maar hier zijn ze bang voor overlast”, aldus Wietse Olijve.
Coach
‘De klanten zijn boos over de gesloten winkels’
“Ik vind dat iedere ondernemer verplicht lid zou moeten zijn van de winkeliersvereniging”, zegt Marcel Grimme, ondernemer van de Coach-vestiging aan de Markt. “Dan moet iedereen meebetalen aan de activiteiten.” Hij is al enige tijd lid van de activiteitencommissie van de vereniging en ergert zich aan de freeriders, waaronder de winkels van sommige ketens. “Die verschuilen zich achter hun hoofdkantoor”, zegt hij. Grimme ergert zich ook aan de vele gesloten winkels op de koopavonden. “De klanten zijn er ook boos over.” Het is druk in de zaak op deze woensdag en hij praat onder het aanslaan van de kassa door. “Het was toch koopavond?!” zeggen ze dan. “En ik geef ze geen ongelijk.” Wat er verder nog kan verbeteren is het contact met de politie, vindt hij. “Er gebeurt hier niet zoveel op het gebied van winkeldiefstal maar als iedereen een rechtstreeks lijntje met de politie zou hebben, zou dat beter zijn. Ik heb zelf wel een rechtstreeks nummer van een politieman en dat heb ik gebeld toen ik een keer bedreigd was met een mes. De dief kon toen heel snel worden aangehouden, mét mijn spullen. Het zou goed zijn als zoiets er voor iedereen zou zijn”, zegt Marcel Grimme.
Music Store
‘Harderwijk niet toeristvriendelijk’
“Schrijf maar dat de winkeliersvereniging geen ruggengraat heeft”, zegt Gert Brands, sinds 1983 eigenaar van Music Store aan de Wolleweverstraat. Eigenlijk wil hij helemaal niet reageren op onze vragen maar deze kwestie - de opening tijdens extra koopdagen of -avonden - zit hem toch wel hoog. “Harderwijk is niet toeristvriendelijk. Afgelopen keer was tijdens de extra avond voor Vaderdag maar dertig procent open. En ik weet zeker dat straks op de Hanzedagen maar vijftig procent open is en dat terwijl Harderwijk pretendeert een toeristenstad te zijn! Dan moet je die toeristen ook iets bieden toch? Je hoeft niet met volledige bezetting te staan, als de zaak maar open is. Het duurt vaak wel even voordat de mensen weten dat de winkels open zijn en voordat je break even draait maar uiteindelijk verdien je het geld wel terug. Ik ben zelf altijd open bij elke gelegenheid en draai gewoon een goede omzet. Maar het is veel beter als we met z’n allen gezellig open zijn en met elkaar die toerist vasthouden”, aldus Gert Brands.
DA Beauté Dijkstra
‘Leuk stadje met eigen identiteit’
Om de hoek, in de straat met de mooie naam Luttekepoortstraat, ligt de gloednieuwe winkel van Wil Dijkstra, DA Beauté Dijkstra. Ze heeft ook een zaak in de Donkerstraat. Die richt zich meer op gezondheid terwijl deze vestiging het luxe assortiment van een parfumerie biedt. Ook in Amersfoort bezit het echtpaar Dijkstra nog twee DA-winkels. “Deze opening past in ons streven om te filialiseren”, zegt Wil Dijkstra. “We willen toe naar zes of zeven winkels in totaal.” Voordat de mooie en lichte DA Beauté Dijkstra de deuren op 23 juni opende, was er al honderd jaar een luxe parfumerie gevestigd en Wil Dijkstra had nog wel even twijfels of de Harderwijkers de nieuwe zaak wel zouden weten te waarderen. “We hebben hier heel grondig verbouwd. De vorige winkel was veel kleiner en donkerder qua inrichting. Wij hebben een groot stuk voorraadruimte erbij betrokken en achter ook nog twee saloncabines laten bouwen. We beschikken nu over ruim driehonderd vierkante meter vvo. Het is dus echt heel anders geworden. Maar toen ik twee vrouwen op straat tegen elkaar hoorde zeggen: ‘Heb je die nieuwe DA-winkel al gezien, mooi geworden hè?!’, wist ik dat het goed zat.” Sowieso vindt ze de Harderwijkers vriendelijke en gemakkelijke klanten. “Het is een kwestie van goed luisteren en mensen de ruimte geven. Dan ontdooien ze heel snel. Ik kom zelf uit Den Haag en heb een makkelijke babbel. Ik vind het heerlijk om mensen aan de kassa te laten lachen en het gevoel te geven dat ze als een topklant behandeld worden. En daarbij maakt het niet uit wat de kassa aanslaat.” Met de gemeentelijke vergunningen heeft ze nog niet zo veel ervaring. “Het hoofdkantoor van DA heeft al veel voorwerk gedaan”, vertelt ze. Ze is blij met de keuze voor Harderwijk. “Het is een leuk stadje, met een eigen identiteit. Veel steden zijn die identiteit kwijt door de massaketens. Hier heb je nog veel individuele ondernemers. En we bestrijken een heel groot verzorgingsgebied. Veel Harderwijkers en mensen van de campings komen hier winkelen maar ook mensen uit Ermelo, Nunspeet, Elspeet en Putten.” Wil Dijkstra is van plan om snel lid te worden van de ondernemersvereniging.