Franchise in... Den Bosch!

Franchise+ gaat op pad in een stad en laat franchisenemers aan het woord. Over hun winkel, hun formule en over hun stad. Door verschillende ondernemers uit verschillende branches naar hun visie te vragen, ontstaat een momentopname van zaken doen in een specifieke stad. Deze keer waren we in het supergezellige ’s-Hertogenbosch.

Het begint al goed: als we ’s-Hertogenbosch binnenrijden vanaf de A59, raken we de route Centrum Zuid kwijt en rijden we binnen enkele minuten de stad weer uit. Stom natuurlijk. Wie dan ring

‘s-Hertogenbosch blijft volgen, komt gelukkig vanzelf weer een bord met Centrum tegen en de parkeerroute volgend, uiteindelijk bij de parkeergarage Arena. Hoewel het een gewone doordeweekse dag is, een dinsdag, is deze vol. Er staan zeker tien auto’s te wachten. We besluiten door te rijden naar parkeergarage De Tolbrug en daar vinden we, helemaal bovenin, nog een parkeerplek. We vragen ons af hoe het er hier op een zaterdag uitziet. Parkeren is dan ook een probleem, geven veel ondernemers aan, zeker sinds er enkele honderden parkeerplekken zijn opgeheven op de Parade. De oplossing van de gemeente, transferia aan de rand van de stad waar je voor weinig geld je auto kwijt kunt en waarvandaan je met een pendelbusje naar hartje stad kunt rijden, is blijkbaar nog niet tot iedereen doorgedrongen.

Streng reclamebeleid

Het parkeerbeleid is overigens één van de weinige kwesties waarover de bezochte ondernemers zich bijna unaniem opwinden. Sterker nog: de Bossche ondernemers zijn opvallend positief over de stad waar ze werken en in sommige gevallen ook wonen. Zelfs het strenge reclamebeleid - geen uithangborden, geen commerciële uitingen op de stoep, heel strakke regels voor de gevels, de puien en voor eventuele luifels - vindt in de meeste ondernemersogen nog genade. Ondernemers zien de voordelen van het rustige beeld in de binnenstad: de gevels zijn fraai, er is weinig schreeuwerige reclame, het heeft wel wat chiques. “Natuurlijk, als het jezelf aangaat, wil je je natuurlijk zo goed mogelijk profileren, maar aan de andere kant ben ik ook blij dat mijn buurman geen knipperende lichtbak heeft hangen”, zegt een van de ondernemers.

Nog iets opvallends: de bezochte ondernemers voelen zich allemaal veilig in hun zaak. Bijna niemand heeft poortjes, een alarmknop of een direct lijntje met de buren. Nu vinden er óók in Den Bosch overvallen en bedreigingen plaats. Niet voor niets gaat winkeliersvereniging Hartje ‘s-Hertogenbosch in samenwerking met de gemeente de krachten bundelen om de binnenstad veiliger te maken en het aantal winkeldiefstallen te verminderen. De winkeliers ontvingen onlangs een enquête over de veiligheidsbeleving. Met de resultaten hieruit willen de partijen kijken naar mogelijk meer toezicht, camera’s en een burenalarmsysteem. De door ons bezochte ondernemers voelden echter dat ze weinig konden bijdragen aan deze veiligheidsanalyse, zij hadden weinig last van derving door diefstal en hadden nog nooit een overval meegemaakt.

Echt winkelen

Voor deze aflevering van Franchise and the City lopen we vanaf de Markt - die op de schop ligt voor nieuwe bestrating - de gezellige zijstraatjes in. De Hinthamerstraat, waar vooral het filiaalbedrijf is gevestigd, slaan we over. Want Den Bosch staat vooral bekend om het gevarieerde aanbod aan winkels, horeca en om de zelfstandige speciaalzaakjes. Niet voor niets kreeg de binnenstad van Den Bosch in 2003 het predicaat ‘Beste Binnenstad van Nederland’. Door de ontwikkeling van winkelcentra elders in de stad, is de keuzemogelijkheid voor de Bosschenaren toegenomen, maar als je écht wilt winkelen, ga je naar de binnenstad.

Kader feiten en cijfers over Den Bosch

In de gemeente ‘s-Hertogenbosch zijn in totaal 1.075 winkels aanwezig met een totaal voor het winkelpubliek toegankelijk verkoopvloeroppervlak van 252.299 m².

De verzorgingsindex is gemiddeld (bron: Locatus 2007).

De afgelopen jaren is er in 's-Hertogenbosch hard gewerkt aan de kwaliteitsverbetering en versterking van de binnenstad. Tastbare resultaten zijn in de hele binnenstad te zien. De binnenstad is van oudsher sterk door haar mix aan functies, voorzieningen en de combinatie van aantrekkelijke, historische zwerfgebieden en aantrekkelijke winkelstraten. De (boven)regionale verzorgingsfunctie is de afgelopen jaren aanzienlijk toegenomen.

De binnenstad heeft een breed, gevarieerd winkelaanbod, met een dominante positie voor de typisch recreatieve branches mode (schoenen, kleding e.d.) en warenhuizen.

De grote bezoekersstromen vormen een voedingsbodem voor een veelheid van hoogwaardige groot- én kleinschalige winkels, gevestigd in de hoofdwinkelstraten, de tussenliggende straatjes (zwerfgebieden) en in de aanloopstraten.

In de Kerkstraat is een concentratie van juweliers en exclusieve modezaken, in de Orthenstraat multiculturele winkels en horeca, terwijl de Vughterstraat zich steeds meer onderscheidt met woning-en keukeninrichting en winkels voor woon- en keukenaccessoires. De Verwersstraat kenmerkt zich door het thema antiek en galeries.

De autobereikbaarheid van de binnenstad blijft een lastig punt. Vooral op de piekmomenten op zaterdag lopen de autoroutes naar de Bossche binnenstad vol. Daarnaast zorgt de langere verblijfstijd in de binnenstad voor meer druk op de parkeerlocaties.

‘s-Hertogenbosch heeft circa 135.630 inwoners. Het percentage huishoudens met kinderen ligt met 36,7% hoger dan het landelijke gemiddelde (35%). Het percentage huishoudens zonder kinderen ligt met 28,2% op hetzelfde niveau als landelijk (29%).

Het Huis Van der Ven

‘Den Bosch is een heerlijke, gezellige stad’

In de ruime en chique Kerkstraat vinden we een eigen vestiging van de optiekformule Het Huis. Hier zwaait Paul Plasmans, bedrijfsleider sinds 1974, de scepter. “Het Huis Van der Ven voelt alsof het mijn eigen zaak is”, zegt hij. “Deze zaak bestaat al sinds 1925 en vanaf ’98 als onderdeel van Het Huis. Hier in de straat heb je vooral veel mode en dat sluit goed aan op ons brillenassortiment. Het is echt een super A-locatie. Iedereen die vanaf de Parade naar de Markt loopt, passeert onze winkel. Wij moeten het vooral hebben van vaste klanten maar we krijgen ook wel mensen van buiten.” Het Huis opereert in een hoog segment van de markt en dat gaat goed in Den Bosch: “Bosschenaren zijn een kritisch maar makkelijk publiek. Ze willen waar voor hun geld.” Dat de Markt opengebroken ligt, merkt hij niet echt aan de omzet. “Maar dan nog: wie mooi wil zijn, moet pijn lijden. En het gaat hier gewoon heel mooi worden.” Sinds de gemeente de nieuwe, strenge reclameregels heeft ingevoerd, zijn alle uithangborden en lichtbakken weggehaald, slechts een bescheiden bril hangt er nog aan de gevel. “Er valt wel wat te zeggen voor dit beleid”, vindt Paul Plasmans. “Het geeft een rustig straatbeeld en je kunt je hier toch wel profileren.” Hij is minder te spreken over het gemeentelijke parkeerbeleid. “Het is voor onze klanten heel moeilijk om hier in de buurt te parkeren. Er zijn geloof ik wel plannen voor ondergrondse parkeergarages maar tot die tijd zijn de transferia natuurlijk een prima oplossing”, zegt hij. Paul Plasmans is in de 25 jaar in ‘zijn’ winkel nog nooit bedreigd of overvallen. “Er is wel eens sprake van diefstal maar toch heel minimaal. Den Bosch is een heerlijke, gezellige stad. Het is een bourgondische stad. Het bestedingspatroon is hoog, hoger dan bijvoorbeeld in Tilburg of Eindhoven. Er zijn hier veel evenementen die een geweldige ontwikkeling voor de stad betekenen en de gemeente heeft wat dat betreft ook ambitieuze plannen.”

Van Rosmalen badkameraccessoires

‘Waarom zou ik poortjes nemen?’

Via de Korte en de Lange Putsstraat en de gezellige Verwerstraat komen we in de Ridderstraat, waar we de winkel in badkameraccessoires van Niek van Rosmalen aantreffen. Hij startte deze winkel 25 jaar geleden naast de zaak in huishoudelijke artikelen van zijn broer, die van vader op zoon is overgegaan en heeft in die tijd de straat wel iets zien veranderen. “Het was hier vroeger wel gezelliger”, zegt hij. “Er was meer saamhorigheid, zo voerden we vaker gezamenlijke acties.” Maar ook nu nog is hij blij met zijn locatie in de Ridderstraat. “Er is wel wat verloop maar niet veel. Ondernemers willen hier graag zitten. De meeste van hen zijn jong, mensen die iets durven.”

Met de veranderde reclameregels heeft hij weinig moeite. “Vroeger hadden we een uithangbord, nu een bord plat tegen de muur. Het geeft een mooi, strak beeld in de stad. Met de etalage kunnen we ook veel doen. Een mooie etalage trekt mensen naar binnen.” Hij vindt de communicatie met de gemeente goed. Die loopt vooral via de winkeliersvereniging, zoals over de bouwwerkzaamheden op de Markt. Ook over het economisch beleid van de gemeente is hij te spreken. “Ze snappen hier dat je de grote ketens zoals HEMA en Bijenkorf nodig hebt om publiek te trekken, maar ook dat een zeker evenwicht nodig is.” Zijn gevoel van veiligheid is in 25 jaar niet veranderd. “Ik heb nog nooit iets ernstigs meegemaakt”, zegt hij. “We zitten in een autoluw gebied dus een ramkraak lukt hier niet. In de zomer hebben we hier een terras schuin tegenover en veel mensen hier kennen elkaar, dus is er een grote sociale controle. Ik heb dan ook heel weinig last van diefstal. Ik kan wel poortjes nemen van tienduizend euro, maar als er hier voor vijfhonderd of duizend euro wordt weggehaald per jaar, is het veel. Dus waarom zou ik dat doen? Bovendien hebben we allemaal pinautomaten dus er is heel weinig geld in huis.”

Niek van Rosmalen gaat alleen in december open op de koopzondagen. “Ik vind mijn privéleven ook belangrijk. Ik kan hier niet zomaar twee meisjes neerzetten, het is echt een advieszaak. En op maandag gaan we altijd kijken in andere steden om daar ideeën op te doen voor onze winkel. Maar ik moet zeggen: Den Bosch komt er in die vergelijking helemaal niet slecht uit.”

Kaldi

‘Bosschenaren geven goed geld uit’

Even verderop in de Ridderstraat ligt Kaldi, waar ondernemer William Kersten en medewerker Hans de Werds alle klanten met een vrolijk ‘hai’ begroeten. Het is inmiddels twee jaar geleden dat franchisenemer William Kersten zijn Kaldi-vestiging opende - daarvoor zat hij in het onderwijs - en het bevalt hem prima in de Bossche Ridderstraat. “Hier loopt mijn doelgroep”, zegt hij. “Mensen die van mooie en lekkere dingen houden. Bosschenaren geven goed geld uit als het maar kwaliteit heeft. Een A1-locatie is in Den Bosch niet te betalen, de huren liggen hier echt hoog, vergelijkbaar met die in Utrecht en Amsterdam. Je hebt hier met name in de grote winkelstraten dan ook veel verloop. Ondernemers, ook van de grote ketens, starten soms zonder een goed doordacht plan en kunnen op een gegeven moment de huur niet meer opbrengen. Maar de kracht van Den Bosch ligt juist in die vele speciaalzaken. De gemeente weert de grote ketens een beetje en daar zijn we wel blij mee. Veel toeristen zijn echt verrast door de kwaliteit van de winkels, door de verscheidenheid en door de sfeer.” Hij moet het vooral hebben van vaste klanten. “Bosschenaren zijn gevoelig voor service. En dat is een belangrijk aspect van onze winkel. Kwaliteit, service... we verkopen nooit nee, zelfs niet als we de klant voor een alternatief naar de concurrent moeten sturen.” Verkopen is volgens hem vooral een kwestie van empatisch vermogen hebben, kijken en goed luisteren naar de klant, of hij nu een theestick van € 1,25 of een espressomachine van tweeduizend euro wil hebben. “Ik gun het mensen gewoon om zo’n mooi apparaat te hebben, of een lekker koekje bij de koffie. Het gaat niet om het verkopen zelf.” Hij zit boordevol ideeën om de straat aantrekkelijker te maken maar krijgt naar zijn gevoel niet altijd de medewerking van de gemeente. “De communicatie gaat vaak moeizaam. De ambtenaren zijn star en denken niet met je mee. Goede initiatieven ketsen heel vaak af op de regels. Ik wilde tijdens de vrijmarkt op Koninginnedag hier bijvoorbeeld een truffelmaker laten komen voor demonstraties - let wel: geen verkoop - en dat kon niet, althans niet zonder dure vergunning. Zoiets vind ik heel teleurstellend. Ik ben nu op Koninginnedag dicht.” Ook wil William Kersten al heel lang een paar tafeltjes en stoeltjes buiten, niet alleen om de straat een beetje aan te kleden maar ook om te voorkomen dat de klanten van de tegenoverliggende snoepwinkel op zijn pui komen ‘hangen’. “Mag niet. Terwijl ik toch ook wel eens bedreigd word als ik de mensen van mijn pui wegjaag. Uithangborden: mag ook al niet. Er zou veel flexibeler met de regels kunnen worden omgesprongen, met beter maatwerk per straat.”

Rituals

‘Dit is de leukste straat van Den Bosch’

Na de lekkere caffè macchiato bij Kaldi lopen we via de Markt en de Schapenmarkt naar de upcoming Vughterstraat, een straat met steeds meer zelfstandige, al dan niet samenwerkende, speciaalzaken die het shoppen voor de consument bijzonder maken. De eerste de beste winkel op de hoek, schuin tegenover Simon Lévelt, is die van Rituals. Franchiseneemster Annie van der Pol staat alleen in de winkel - normaalgesproken met een collega - en heeft het razend druk. Ze helpt de aanwezige klanten vrolijk en enthousiast, iedereen mag ruiken en smeren en ze geeft graag proefjes mee met uitleg over de producten. “Dit is de leukste straat van Den Bosch”, zegt ze tussen twee klanten door. “Ik zit hier nu drieëneenhalf jaar – wij zijn de derde Rituals in Nederland. In het begin had ik mijn twijfels over deze plek, zo net buiten de Markt, maar nu vind ik het een superlocatie.” Haar klanten komen uit Den Bosch en omgeving - de stad heeft echt een regionale functie - maar ook van daarbuiten. “Den Bosch is een grote toeristische trekpleister en ik heb hier ook veel passanten die voor impulsaankopen komen. De Bosschenaren zelf geven goed geld uit. Het is hier net een groot dorp, gezellig, gemoedelijk, er hangt altijd een leuke sfeer en de mensen maken makkelijk contact, ook de klanten onderling.” Ze is lid van de winkeliersvereniging Hartje ’s-Hertogenbosch, een heel actieve vereniging, vindt ze. Ook over het parkeerbeleid van de gemeente is ze tevreden. De garage Wolvenhoek en de parkeerplaats De Kuil zijn vlakbij waardoor haar winkel goed bereikbaar is. Een uithangbord mag niet van de gemeente. Mensen vertellen me wel eens dat ze zó aan de zaak voorbijlopen. Ik heb diverse ontwerpen ingediend voor uithangborden, maar krijg steeds nul op het rekest. De regels zijn zo streng.” Over het veiligheidsbeleid is ze zeer te spreken. “Ik heb pas de enquête voor de veiligheidsanalyse ingevuld en ik heb echt het gevoel dat de gemeente er alles aan doet om het hier veilig te houden.”

Livera

‘Communicatie kan wel wat beter’

Verderop in de Vughterstraat zit Livera, waar franchiseneemster Agnes Knip de journalist aan de ‘mannentafel’ achterin de zaak uitnodigt. “We hebben heel vaak mannen die met hun vrouw meekomen”, zegt ze. “Die staan hier dan maar te wachten. Voor hen heb ik speciaal deze tafel neer laten zetten.” Samen met haar man drijft ze al twintig jaar haar lingeriezaak, die is aangesloten bij de Intres-formule Livera. “Eerst zaten we aan het begin van de Vughterstraat”, vertelt ze, “dat was toen een A2-locatie. Nu is het een A1-locatie en dat werd te kostbaar. De huren hier gaan echt richting Amsterdam. Zo zijn we opgeschoven verder de straat in. Dat geldt voor meer winkels. De Vughterstraat is mede daardoor steeds leuker geworden, vroeger was het een moeilijke straat met veel verloop.” Agnes Knip denkt dat de uitverkiezing tot ‘Beste Binnenstad 2003’ en de vele aandacht die de bladen in hun shoppingrubrieken besteden aan Den Bosch, veel dagjesmensen naar de stad brengt. “Den Bosch heeft een aantrekkingskracht op de hele regio. Het heeft een authentieke, historische binnenstad en is kleinschalig. Je kunt alles overzien en er is altijd veel te doen, zoals jazz, carnaval, zang-, poëzie- en schilderactiviteiten, culinair Den Bosch... allemaal leuke dingen.” Haar klanten komen zowel uit de stad als uit de regio en ver daarbuiten. “De klanten uit Den Bosch vormen geen moeilijk publiek, het zijn goede kopers. Brabant is toch wel wat bourgondisch.” De communicatie met de gemeente gaat over het algemeen goed. “Soms wel, soms niet. Vroeger mocht ik wel rekjes met kleding buiten zetten, nu niet meer. Dat is aan de ene kant wel goed, het geeft meer eenheid, maar soms draven ze wel eens een beetje door.” Ze heeft pal gestaan voor haar plantenbakken: “Er is hier al zo weinig groen”, zegt ze. Nu worden ze gedoogd. Voor wat betreft het parkeren: dat kan beter, vindt de ondernemer. “Er zijn gewoon te weinig plekken en mijn klanten vinden het heel erg duur.” Ze heeft zich nog nooit onveilig gevoeld. “Er zijn hier geen groepen jongeren of iets dergelijks. Het is een verzorgde stad. Ik merk wel dat de koopavonden in de winter slechter bezocht worden dan in de zomer. Dat kan iets te maken hebben met een gevoel van onveiligheid bij de consument.” Agnes Knip is geen lid meer van de winkeliersvereniging. “Ik vind dat mijn belangen niet goed behartigd worden”, zegt ze. “Neem bijvoorbeeld het parkeerbeleid. De gemeente heeft het gewoon doorgezet, zonder te luisteren.” De communicatie met de bevolking kan wel wat beter, meent ze.

Barrique

‘Parkeren is een drama’

Vlak naast Livera zit een vestiging van Barrique, een kleine franchiseformule - drie zaken in Nederland - voor ‘wijn & meer’, zoals het opschrift op de etalageruit in de fraaie pui zegt. Dat méér bestaat uit diverse soorten drank en delicatessen. De winkel heeft een mediterrane uitstraling en heeft veel plekken waar je lege flesjes kunt vullen met olijfolie, azijn of drank. Ook staan er overal proeverijen. Franchisenemer Benny Bouwmans zit hier al drie jaar prima op zijn plek. “Mensen die met de pendelbus vanaf het transferium de halte Vughterstraat nemen, komen allemaal langs mijn winkel”, zegt hij. “Er zijn hier veel zelfstandigen die met enthousiasme ondernemen in unieke winkels.” Voor zijn schitterende pui ontving hij in 2006 de Puiprijs, een tweejaarlijks initiatief van gemeente en winkeliersvereniging Hartje ’s-Hertogenbosch. “De gemeente stimuleert met subsidie dat de ondernemers hun puien opknappen. Voor ik hier kwam, zat er een afgrijselijke pui in met rolluiken. Die heb ik helemaal teruggebracht in de staat uit 1910. Ik ben er trots op dat ik mijn steentje heb kunnen bijdragen aan de verbetering van de straat, maar ja, ik ben dan ook een chauvinistische Bosschenaar!”, lacht hij. De luifel die hij graag zou willen ter bescherming van zijn producten tegen de zon, krijgt hij er echter niet door bij de gemeente. “Die moet aan zoveel eisen voldoen, dan moet ik zo’n beetje de duurste luifel kopen die er bestaat. Parkeren is een drama”, zegt ook Benny Bouwmans. “Er is een ontmoedigingsbeleid wat dat betreft. De vier parkeergarages zitten al snel vol en zijn schrikbarend duur. En voor de verdwenen parkeerplaatsen aan de Parade is nog geen compensatie gekomen, zoals beloofd. Wel waren wij een van de eersten met een transferium.” De ondernemer voelt zich veilig in zijn winkel. Ook Barrique heeft geen poortjes, geen alarmknop en geen hotline met de wijkagent. “Het grootwinkelbedrijf heeft wel last van diefstal en overvallen maar wij niet. En we hebben natuurlijk ook maar weinig geld in de zaak dankzij het pinapparaat.”

Lin-o-Lux

‘Dit is een leuke straat met een gevarieerd aanbod’

Een paar deuren verderop zit Angeline van Beek net enkele weken met haar winkel Lin-o-Lux, een speciaalzaak voor bed- en badlinnen. Opvallend is de grote, rode luifel voor het lange, smalle pand. “Die zat hier eigenlijk al, we moesten alleen het doek vervangen. De gemeente was wel streng over de grootte van het logo maar dat is uiteindelijk goedgekeurd”, vertelt ze. Voorheen zat de zaak in winkelcentrum Arena maar daar liep het huurcontract af en kwam ze voor hogere kosten te staan. Angeline van Beek: “We zitten nu meer in de echte binnenstad van Den Bosch en hebben goede verwachtingen van deze locatie.” Op dit moment is het rustig in de winkel. “In de Arena hebben we net een verhuizingsopruiming gehad, dus de vaste klanten zijn nog wel even verzadigd”, verklaart de ondernemer. De sfeer in de straat spreekt haar zeker aan. “Dit is een leuke straat met een gevarieerd winkelaanbod.” Ze weet nog niet of ze zich hier veilig zal voelen, de stadswachten heeft ze nog niet gezien. “In de Arena hadden we soms last van groepen jongeren maar daar was altijd heel snel politie bij, dus daar voelden we ons wel veilig. Hier moeten we het nog even aankijken”, aldus Angeline van Beek.

Lees meer over: