Woman in Charge - Marjolein Koster van Life & Garden

“Vrouwen denken sneller in meerdere oplossingen” Ze zijn er, de topvrouwen in de franchisebranche, en Franchise+ maakt ze zichtbaar. Deze keer vertelt Marjolein Koster, franchisenemer van Life & Garden, over haar succes in de tuincentrumbranche.

Naam: Marjolein Koster (40)
Bedrijf: Life & Garden Gouda
Werkt in franchise sinds: 2000. Begonnen als ondernemer Europatuin. Na het faillissement van Europatuin Nederland in 2004, stond ze samen met een collega-ondernemer aan de start van Life & Garden Franchise bv. Destijds waren er 13 bedrijven, nu zijn er 25 aangesloten bedrijven.
Functie: Franchisenemer, lid twee inkoopcommissies, de promotiecommissie en de franchiseraad.
Aantal uren per week: “Dat was vrij veel, sinds de komst van onze dochter is dat wat minder. Nu werk ik 3,5 dag in het bedrijf en de rest thuis. Gelukkig is het allemaal wat makkelijker geworden door de komst van internet. Ik hoef ‘s morgens niet meer naar de veiling, de werkdag begint gewoon om 9.00 uur. Maar in de avonduren loopt dat natuurlijk wel door.” Burgerlijke staat: Getrouwd, een dochter (6 maanden)

Hoe ben je in de franchisewereld terechtgekomen?

“Mijn ouders hadden drie tuincentra waaronder twee Europatuinvestigingen en zij vroegen ons kinderen - ik heb nog twee broers - of wij interesse hadden om een van die bedrijven te leiden. Ik zat in de boomkwekerijwereld dus ik was al bekend met het groen en mijn man werkte bij een leverancier die zaken deed met tuincentra. Wij gingen een van de vestigingen runnen en eind 2000 kregen we de gelegenheid om Europatuin in Gouda over te nemen. Dat stopte in 2004 met het faillissement van Europatuin. Franchise beviel prima, daar wilden we graag mee doorgaan en op dat moment kregen we ook de kans om eens goed te kijken naar wat we van een organisatie verwachtten en waar we zelf verantwoordelijk voor wilden zijn. Zo heb ik met een andere Europatuin-ondernemer aan de wieg gestaan van Life & Garden. We hebben collega’s bij elkaar gezocht die interesse hadden om door te gaan en een partij gezocht die er geld in wilde steken. Bij onze formule zijn relatief veel vrouwen of echtparen aangesloten. In Nederland is tachtig procent van de klant dan ook vrouw, heel anders dan in het buitenland. In Frankrijk heeft een tuincentrum eerder een bouwmarktuitstraling. Bij ons ligt het funshoppen op een hoog niveau, daarin lopen we echt voorop in de wereld.”

Heb je in het hele traject belemmeringen ondervonden van je vrouw-zijn?

“Nee, maar dat komt vooral omdat ik zelf alleen maar kansen en uitdagingen zie. Leveranciers zeggen wel eens ‘misschien wilt u dat nog even met uw man overleggen’, maar dat gebeurt nog maar zelden. Er is al veel verbeterd. Soms, op de leveranciersdagen of bij de groeninkoop, zie je veel mannen rondlopen maar ik weet mijn weg daar wel tussen te vinden. De branche is open en toegankelijk, er is weinig hiërarchie. Iedereen kent elkaar en de lijnen zijn vrij kort. De branche is ook nog heel jong, pas in de jaren ‘60 zijn de tuincentra opgekomen.”

Welke eigenschappen komen goed van pas in je werk?

“Je moet heel flexibel zijn. We zijn heel weersafhankelijk. Als het wekenlang regent - en je je voorraden normaal op peil hebt - en het wordt ineens 25 ºC, komt iedereen massaal naar het tuincentrum. Dan moet je heel snel kunnen schakelen, je moet je personeel erop afstemmen, er moet extra handel komen. Dat kan eind maart gebeuren of eind april, maar ook pas eind mei als je pech hebt. Stressbestendigheid is dus ook een handige eigenschap. Verder hebben we - naast het basisassortiment - ook veel met trends te maken. Het ene moment is loungen nog in, het andere moment is het alweer uit. Als kranten dat maar vaak genoeg koppen, weten wij dat we met die handel in de uitverkoop moeten. Je kunt niet verslappen en moet goed alert blijven op waar de consument behoefte aan heeft.”

Waar ben je het meest trots op en heeft dat iets met je vrouw-zijn te maken?

“Mijn man en ik hebben destijds een bedrijf overgenomen dat er enigszins moeilijk voor stond en daar hebben we ons helemaal bovenuit geworsteld. Daar ben ik wel trots op. Dat ik vrouw ben, heeft wel met dat succes te maken. Vrouwen denken toch net iets sneller in meerdere oplossingen dan mannen, kunnen iets beter multitasken.”

Is ondernemen een kwestie van offers brengen?

“Toen wij het bedrijf overnamen, zeiden mensen tegen ons: ‘eigen zaak, einde van het vermaak’. Wij hadden in het begin heel lage personeelskosten en werkten dag en nacht. Feestdagen waren topdagen, dus dan werkten we. Toen het wat beter ging, konden we dat meer loslaten. Nu staan we op een punt dat de medewerkers, die heel zelfstandig zijn opgeleid, de boel draaiende houden als wij op vakantie zijn. Natuurlijk, in de beginjaren is het zwaar, het ondernemen, maar dat hoort erbij. We hadden het ervoor over en we werden er ook voor beloond.”

Wat is jouw stijl van leidinggeven?

“We hebben 26 mensen in dienst, omgerekend naar fte’s zo’n veertien à vijftien mensen. We hebben dus veel parttimers in dienst. Ik laat de mensen vrij zelfstandig werken en delegeer veel. Controlerend besturen, noem ik dat. Voordat ik dit bedrijf overnam, was ik vier jaar bedrijfsleider in een tuincentrum, daar heb ik veel van geleerd. Daarnaast heb ik trainingen gedaan. Ik heb vooral geleerd dat je niet iedereen op dezelfde manier kunt benaderen. De een kijkt graag eerst de kat uit de boom voordat je hem inwerkt, de ander gaat graag meteen aan de slag. En ik heb natuurlijk ook zelf in loondienst gewerkt, dus ik ken de andere kant. Ik heb gekeken naar wat ik goed en niet goed vond bij mijn werkgever. Zo zorg ik bijvoorbeeld dat de salarisbetalingen altijd op dezelfde dag gebeuren. Dat is heel simpel maar voorkomt veel onrust. En als mensen weggaan die jaren bij ons in dienst zijn geweest, dan sturen we een vragenformulier met antwoordenveloppe om erachter te komen wat ze wel of niet goed vonden. Per post zijn mensen vaak nog wat openhartiger dan in een gesprek en zo kom je te weten wat je als werkgever nog kan verbeteren.”

Hoe zit het met je zelfbeeld?

“Dat zit nu wel goed maar ik heb jaren gehad dat dit minder was. Door een slechte Cito-toets ben ik op het lbo beland, terwijl ik veel beter kon. Later was ik niet gedisciplineerd genoeg om nog ergens aan te beginnen en dat gaf toch een gevoel van ‘je hebt niet op je kunnen dat papiertje gehaald’. Ik heb voor mezelf wat coaching ingekocht en een aantal jaar geleden ben ik alsnog een hbo-opleiding Personeel en Arbeid begonnen. Die ligt even stil vanwege de zwangerschap en de geboorte van mijn dochter. Maar ik vind nu dat ik het maatschappelijk prima gedaan heb. Dat heeft ook wel iets met leeftijd te maken. Die twijfels van vroeger heb ik niet meer.”

Wat zijn je toekomstplannen?

“Er liggen concrete plannen om het bedrijf verder uit te breiden. Ik heb niet de ambitie om meerdere vestigingen te openen. Dat heb ik vroeger in de familie gezien en zo wil ik het niet. Liever een wat groter bedrijf dan meerdere bedrijven.” (Lachend:) “En ik wil stiekem ook nog mijn opleiding afmaken.”

Wat maakt je een gelukkig mens?

“Het is een prettig gevoel als alles loopt, zowel privé als zakelijk. Dat geeft rust, er is voor alles ruimte en het geluk is dan ook niet meer zover weg.”

Lees meer over:
Pras Weijers Pras Weijers
Redacteur
Bekijk ook